Hoe kunnen we onze eigen lotsbestemming bepalen?
Onze menselijke wortels zijn filialiteit, broederschap, loyaliteit, betrouwbaarheid, fatsoen, rechtvaardigheid, integriteit en ’n gevoel van schaamte.
Ieder van ons moet naar binnen kijken en onszelf de vraag stellen: Vanaf het moment dat ik geboren ben tot aan het heden, wat voor soort daden heb ik begaan? Heb ik meer goede daden of slechte daden begaan? Heb ik anderen meer bevoordeeld, of heb ik anderen meer geschaad? We moeten aandelen van onszelf nemen. Er is ’n gezegde:
Een superieur persoon weet hoe hij zijn eigen lotsbestemming
moet bepalen.
We bepalen ons eigen lot en zoeken ons eigen fortuin.
Calamiteiten en zegeningen liggen niet vast;
We roepen hen over onszelf af.
De consequenties van onze goede en slechte daden
Volgen ons net als schaduwen.
Waarom is ’n superieur persoon in staat om zijn eigen lotsbestemming te bepalen? Qiu Changchun de Taoïstische Patriarch van de “zeven waarheden,” was voorbestemd om de verhongering te sterven, maar omdat hij ijverig cultiveerde was hij niet alleen in staat om verhongering te vermijden, hij werd ook de voornaamste goddelijke onsterfelijken.
Sommige mensen zijn voorbestemd om arm te zijn maar omdat ze goede daden doen worden ze later rijk. Rijk worden is niet ons uiteindelijke doel maar meeste mensen denken dat ’n persoon die rijk wordt wel gelukkig zal zijn. Waarom is rijk worden niet ons uiteindelijk doel? Ons uiteindelijk doel is om ware begrip te verkrijgen; dan zullen we onze levens niet ter vergeefs geleefd hebben. Als je begrip ontbeert dan zal je je eigen geboorte niet kunnen beheersen en zal je vertroebeld geboren worden. Noch kan je je dood beheersen; je zal ook vertroebeld sterven. Het maakt niet uit hoeveel rijkdom, eer en status je bezit, het heeft geen enkel nut. Maar als je begrijp heb je vrijheid over geboorte en sterven. Als je wilt leven kan je achthonderd jaar oud worden. Als je wilt sterven kan je op elk moment sterven zonder enige problemen. Dat is vrijheid over geboorte en sterven. Het verkrijgen van vrijheid over geboorte en sterven is de meest belangrijke aangelegenheid. Sinds de oudheid tot het heden hebben mensen deze aangelegenheid over het hoofd gezien in hun jacht naar rijkdom en hoge status. Zij hebben geleefd alsof ze dronken waren en sterven alsof ze dromen, bedwelmd al hun levens.
Niemand is zich bewust van dit probleem. Nu in het Ruimte Tijdperk moeten we dit onderzoeken. AIDS en kanker zijn erg veel voorkomend op dit moment in de wereld. Ziekte is één vorm van vergelding. Zij geven aan dat de karmische overtredingen van levende wezens extreem ernstig zijn. Hun overtredingen van moorden, stelen, seksueel wangedrag en onjuiste spraak zijn extreem zwaar. De karma gecreëerd door het nuttigen van alcohol en andere bedwelmende middelen is ook ernstig. Daarom zijn zoveel ongeneesbare en vreemde ziekten ontstaan. Dit zijn levende voorbeelden van Dharma die mensen vertellen om snel ware wijsheid te verkrijgen en om niet zulke verwarde dingen te doen.
Als we ons kunnen onthouden van moorden, stelen, seksueel wangedrag, liegen en het nuttigen van bedwelmende middelen dan wat we ook zeggen, onze woorden zullen werkzaam zijn. We hoeven niet te praten over beoefeningen zoals het chanten van mantra’s of het buigen tot de Boeddha’s. Als we deze vijf voorschriften kunnen handhaven dan wat we ook zeggen zal het werkzaam zijn.
Als mensen oprecht cultiveren dan zullen al hun problemen opgelost worden. We moeten eerst goed werk leveren in het zijn van mensen, en dan kunnen we denken aan het worden van Boeddha’s. We moeten onze menselijke wortels niet vergeten. Onze menselijke wortels zijn filialiteit, broederschap, loyaliteit, betrouwbaarheid, fatsoen, rechtvaardigheid, integriteit en ’n gevoel van schaamte. Deze deugden zijn de essentie van de Chinese cultuur, ook al we overzee zijn in een ander land, moeten wij Chinezen goede voorbeelden zijn voor de gehele mensheid. Wij moeten goed werk leveren in het zijn van mensen. Wij hebben verwantschappen met elkaar, daarom heb ik vanuit mijn hart gesproken voor jullie.
We moeten geld niet zo serieus nemen. Geld is niet beter dan uitwerpselen en vuil. Wij moeten onze handelingen baseren op onze Chinese nalatenschap van filialiteit, broederschap, loyaliteit, betrouwbaarheid, fatsoen, rechtvaardigheid, integriteit en ’n gevoel van schaamte; en van menselijkheid, rechtvaardigheid, het Pad en deugd. Dit zijn onze menselijke wortels.
Een lezing gegeven op 22 Oktober 1990
Bij de Overzeese Chinese Associatie in Parijs, Frankrijk