De Soetra over de geloften die Ksitigarbha Bodhisattva

in het verleden heeft gemaakt

Vertaald door de Tang Dynastie

Tripitaka Meester Shikshananda van Udyana

 

 


 

Inhoud:

Hoofdstuk 1.     Spirituele Penetraties in het Paleis van de Trayastrimsha Hemel.

Hoofdstuk 2.     De Deellichamen verzamelen zich.

Hoofdstuk 3.     Bespiegeling van de karmische omstandigheden van wezens.

Hoofdstuk 4.     Karmische vergeldingen van wezens van Jambudvipa.

Hoofdstuk 5.     De namen van de hellen.

Hoofdstuk 6.     De lofspraak van de Tathagata.

Hoofdstuk 7.     Het bevoordelen van de levenden en de overledenen.

Hoofdstuk 8.     Het loven van Heerser Yama en zijn volgelingen.

Hoofdstuk 9.     De namen van de Boeddha’s.

Hoofdstuk 10.   De omstandigheden en verschillen van de verdienste en deugd van geven.

Hoofdstuk 11.   De Dharmabescherming van een aardespirit.

Hoofdstuk 12.   Voordelen die voortkomen door te zien en te horen.

Hoofdstuk 13.   De toevertrouwing van mensen en goden.

 


 

 

Hoofdstuk 1  Spirituele Penetraties in het Paleis van de Trayastrimsha Hemel

 

Aldus heb ik gehoord. Op een moment, was de Boeddha in de Trayastrimsha Hemel Dharma aan het spreken voor zijn moeder. Op dat moment, verzamelde ontelbaar vele Boeddha’s en Grote Bodhisattva’s Mahasattva’s afkomstig van grenzeloze werelden van de tien richtingen zich om Shakyamuni Boeddha te loven voor hoe hij bekwaam is om krachtige grote wijsheid en spirituele penetraties in de slechte wereld van de vijf troebelheden te manifesteren. Ze prezen hoe hij de halsstarrige wezens reguleert en bedwingt zodat ze kunnen leren wat ellende veroorzaakt en wat leidt tot gelukzaligheid. Elk van hen stuurde zijn bediende om hun respect te tonen aan de Bhagavan.

 

Op dat moment glimlachte de Tathagata en stootte biljoenen grote lichtwolken uit. Er was de lichtwolk van grote verwezenlijking, de lichtwolk van groot mededogen, de lichtwolk van grote wijsheid, de lichtwolk van grote Prajna, de lichtwolk van grote samadhi, de lichtwolk van grote welgezindheid, de lichtwolk van grote zegeningen, de lichtwolk van grote verdienste, de lichtwolk van groot toevlucht en de lichtwolk van grote lofuiting.

 

Na het uitstoten van onbeschrijfelijk vele lichtwolken, uitte hij ook vele wonderbaarlijke, subtiele geluiden. Er was het geluid van Dana paramita, het geluid van Shila paramita, het geluid van Kshanti paramita, het geluid van Virya paramita, het geluid van Dhyana paramita en het geluid van Prajna paramita. Er was het geluid van mededogen, het geluid van vreugdevol geven, het geluid van verlossing, het geluid van geen uitstromen, het geluid van wijsheid, het geluid van grote wijsheid, het geluid van de leeuwenbrul, het geluid van de grote leeuwenbrul, het geluid van donderwolken en het geluid van grote donderwolken.

 

Nadat hij onbeschrijfelijk vele geluiden had geuit verzamelden ontelbare miljoenen goden, draken, geesten en spirits van de Sahawereld en andere werelden zich ook in het paleis van de Trayastrimsha Hemel.

 

Ze kwamen vanuit de Hemel van de Vier Koningen, de Trayastrimsha Hemel, de Suyama Hemel, de Tushita Hemel, de Gelukzaligheid Transformaties Hemel en de Hemel van Comfort Verkregen Door Andermans zijn Transformaties.

 

Ze kwamen vanuit de Hemel van de Menigten van Brahma, de Hemel van de Ministers van Brahma, de Hemel van de Grote Brahmaheer, de Hemel van Minder Licht, de Hemel van Eindeloos Licht, de Hemel van Helder Geluid, de Hemel van Mindere Zuiverheid, de Hemel van Eindeloze Zuiverheid en de Hemel van Universele Zuiverheid.

 

Ze kwamen vanuit de Geboorte van Zegeningen Hemel, de Liefde van Zegeningen Hemel, de Uitbundige Fruit Hemel, de Geen Gedachte Hemel, de Geen Kwellingen Hemel, de Geen Hitte Hemel, de Goede Standpunten Hemel, de Goede Manifestaties Hemel, de Ultieme Vorm Hemel, de Maheshvara Hemel, enzovoorts, tot aan de Hemel van de Station van Geen Gedachte noch Geen-Gedachte.

 

Al deze groepen van goden, draken, geesten en spirits kwamen en verzamelden zich gezamenlijk.

 

Verder, kwamen zeespirits, rivierspirits, beekspirits, boomspirits, gebergtenspirits, aardespirits, kreek en moerasspirits, spruit en kiemplantspirits, dag, nacht en ruimtespirits, hemelspirits, voedsel en drankenspirits, grassen en houtspirits en andere spirits zoals dezen van de Saha en andere werelden en verzamelden zich gezamenlijk.

 

Daarnaast, kwamen alle grote geestkoningen van de Saha en andere werelden en verzamelde zich gezamenlijk. Zij waren de geestkoning Kwade Ogen, de geestkoning Bloeddrinker, de geestkoning Kern en Energie-eter, de geestkoning Foetus en Eieren-eter, de geestkoning Verspreider van Ziekten, de geestkoning Verzamelaar van Vergiften, de geestkoning Aardig van Aard, de geestkoning Zegeningen en Voordelen, de geestkoning Groots Aanzien en Eerbiedigheid en anderen.

 

Op dat moment, zei Shakyamuni Boeddha tot de Dharmaprins Manjushri Bodhisattva Mahasattva, “Nu je deze Boeddha’s, Bodhisattva’s, goden, draken, geesten en spirits van dit land en andere landen aanschouw die nu allemaal verzameld zijn in de Trayastrimsha Hemel, weet jij met hoe velen ze zijn?”

 

Manjushri zei tot de Boeddha, “Bhagavan, zelfs als ik ze zou optellen en berekenen met mijn spirituele krachten voor een duizend eeuwigheden, zou ik nog steeds niet in staat zijn om hun aantallen te weten te komen.”

 

De Boeddha vertelde aan Manjushri, “Nu ik ze aanschouw met mijn Boeddhaoog, kunnen hun aantallen niet uitgeput worden. Deze wezens zijn overgebracht, worden overgebracht, zullen overgebracht worden, zijn tot verwezenlijking gebracht, worden tot verwezenlijking gebracht of zullen tot verwezenlijking gebracht worden door Ksitigarbha Bodhisattva gedurende vele eeuwigheden.”

 

Manjushri zei tot de Boeddha, “Bhagavan, ik heb gedurende velen eeuwigheden goede wortels gecultiveerd en mijn wijsheid is gecertificeerd als onbelemmerd. Wanneer ik hoor wat de Boeddha zegt, accepteer ik het meteen met vertrouwen. Maar Shravaka’s met kleine verwezenlijkingen, goden, draken, en de rest van de Achtvoudige Divisie, en wezens van de toekomst die de ware en oprechte woorden van de Tathagata horen, zullen ongetwijfeld twijfels koesteren. Zelfs als ze de lering zeer respectvol ontvangen, zullen ze het toch niet kunnen voorkomen dat ze het belasteren. Mijn enige wens is dat de Bhagavan voor iedereen wil verkondigen wat Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva in het verleden heeft beoefend en welke geloften hij heeft gemaakt terwijl hij op het niveau van het planten van oorzaken was die hem nu in staat stellen om te slagen in het uitvoeren van zulke onvoorstelbare daden.”

 

De Boeddha zei tot Manjushri, “Bij wijze van analogie, veronderstel dat elke grasspriet, boom, woud, rijstplant, hennepstengel, bamboe, riet, berg, steen en stofkorrel in een Drieduizend Groot Duizend Werelden Systeem een Ganges Rivier was. Veronderstel dan dat elke zandkorrel in al deze Ganges Rivieren een wereld was en dat elke stofkorrel in al deze werelden een eeuwigheid was. Veronderstel dan dat elke stofkorrel verzameld in al deze eeuwigheden op zichzelf een eeuwigheid was. De tijd die verstreken is sinds Ksitigarbha Bodhisattva gecertificeerd was tot de positie van de Tiende Grond is duizendmaal langer dan die in de analogie hierboven. Nog langer was de tijd die hij doorbracht op het niveau van Shravaka en Pratyekaboeddha.

 

“Manjushri, de ontzagwekkende spirituele kracht en geloften van deze Bodhisattva zijn onvoorstelbaar. Als goede mannen of vrouwen van de toekomst de naam van deze Bodhisattva horen, hem prijzen, aanschouwen en tot hem buigen, zijn naam uitroepen, offeringen tot hem maken, of als ze zijn afbeelding tekenen, uithakken, gieten, beeldhouwen of gelakte afbeelding van hem maken, zullen deze mensen honderd keer in de Hemel van de Drieëndertig herboren worden en zullen nooit in de Slechte Paden vallen.

 

“Manjushri, onbeschrijfelijk vele eeuwigheden geleden, gedurende de tijd van een Boeddha genaamd Leeuwensprint Compleet in de Tienduizend Beoefeningen Tathagata, was Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva de zoon van een belangrijke ouderling. Die ouderling’s zoon, bij het waarnemen van de kenmerken en beeldschone eigenschappen van de Boeddha en hoe de duizend zegeningen hem sierden, vroeg aan die Boeddha welke beoefeningen en geloften hem zo verheven maakte. Leeuwensprint Compleet in de Tienduizend Beoefeningen Tathagata zei toen tot de zoon van de ouderling, ‘Als je wenst om een lichaam als dat van mij te bezitten, moet je eerst een lange tijd besteden aan het bevrijden van wezens die ellende aan het ondergaan zijn.’

 

“Manjushri, die opmerking zorgde ervoor dat de ouderling’s zoon een gelofte maakte, ‘Vanaf nu tot aan het einde der tijden gedurende ontelbare eeuwigheden, zal ik uitgestrekte behulpzame middelen gebruiken om wezens in de Zes Paden te helpen die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen. Alleen wanneer ze allemaal bevrijd zijn, zal ik zelf een Boeddha worden.’ Vanaf het moment waarop hij deze grote gelofte maakte in de aanwezigheid van die Boeddha tot het heden, zijn honderdduizenden nayuta’s van onuitsprekelijk vele eeuwigheden verstreken, en toch is hij nog steeds een Bodhisattva.

 

“Een ander moment, onvoorstelbare asamkhyeya eeuwigheden geleden, was er een Boeddha genaamd Verlichting-Bloem Samadhi Zelf-Meesterschap Koning Tathagata. De levensspan van die Boeddha was vierhonderdbiljoen asamkhyeya eeuwigheden. Gedurende zijn Dharmagelijkenistijdperk, leefde er een Brahmaanvrouw begiftigd met omvangrijke zegeningen van vorige levens die door iedereen gerespecteerd werd. Of ze nou wandelde, stond, zat of lag, goden omringde haar en beschermde haar. Haar moeder, hing echter, een afwijkend geloof aan en kleineerde het Drievoudige Juweel vaak.

 

“De waardige dochter maakte gebruik van vele hulpmiddelen om haar moeder te proberen te overtuigen om juiste standpunten te handhaven, maar haar moeder geloofde nooit volledig. Weldra, overleed de moeder en haar bewustzijn viel in de Meedogenloze Hel.

 

“Toen haar moeder’s leven eindigde, wist de Brahmaanvrouw, dat haar moeder terwijl ze nog leefde niet in oorzaak en gevolg gelooft had, en vreesde dat haar karma er zeker voor zou zorgen dat ze in de Slechte Paden getrokken zou worden. Daarom, verkocht ze het huis van de familie en schafte vele soorten van wierook, bloemen en andere cadeaus aan. Hiermee voerde ze een grote offering uit in de Stoepa’s en Kloosters van die Boeddha. In een van de Kloosters zag ze een uitzonderlijk mooie afbeelding van de Tathagata Verlichting-Bloem Samadhi Zelf-Meesterschap Koning. Toen de Brahmaanvrouw de geëerde verschijning zag, werd ze dubbel zo respectvol terwijl ze bij haarzelf dacht, ‘Boeddha’s worden Grote Verlichte Meesters genoemd die alwetendheid hebben bereikt. Als deze Boeddha in de wereld zou zijn had ik hem kunnen vragen waar mijn moeder heen is gegaan nadat ze overleden was. Hij zou dat zeker weten.’

 

“De Brahmaanvrouw huilde toen voor een hele lange tijd terwijl ze verlangend naar de Tathagata staarde. Plotseling zei een stem uit het niets, ‘O huilende waardige vrouw, ben niet zo verdrietig. Ik zal jou nu laten zien waar je moeder heen is gegaan.’

 

“De Brahmaanvrouw plaatste haar palmen tegen elkaar terwijl ze tot het niets zei, ‘Welke deugdzame godheid stelt mij gerust gedurende mijn bedroefdheid? Vanaf de dag dat ik mijn moeder verloor, heb ik haar dag en nacht in mijn gedachten gehouden, maar ik kan nergens heen gaan waar ik kan vragen over het rijk van haar wedergeboorte.’

 

“De stem uit het niets sprak nogmaals tot de vrouw, ‘Ik ben diegene die je aanschouw en vereert, de voormalige Verlichting-Bloem Samadhi Zelf-Meesterschap Koning Tathagata. Omdat ik gezien heb dat jouw achting voor je moeder het dubbele is ten opzichte van gewone wezens, ben ik gekomen om jou te laten zien waar ze is.’

 

“De Brahmaanvrouw leunde plotseling in de richting van de stem die ze hoorde en viel, waarbij ze zichzelf ernstig verwondde. Diegene die rondom haar stonden ondersteunde en verzorgde haar, en na een lange tijd kwam ze weer bij bewustzijn. Toen sprak ze tot de leegte, en zei, ‘Ik hoop dat de Boeddha meedogend zal zijn en me snel vertelt in welk rijk mijn moeder herboren is. Ik ben nu zelf stervende.’

 

“Verlichting-Bloem Samadhi Zelf-Meesterschap Koning Tathagata vertelde aan de waardige vrouw, ‘Nadat je jouw offeringen gemaakt heb, ga dan snel terug naar huis. Ga dan rechtop zitten en concentreer op mijn naam. Dan zal je snel te weten komen waar jouw moeder herboren is.’ De Brahmaanvrouw boog tot de Boeddha en keerde terug naar huis. De herinnering aan haar moeder ondersteunde haar terwijl ze rechtop zat en de Verlichting-Bloem Samadhi Zelf-Meesterschap Koning Tathagata gedacht.

 

“Nadat ze dat gedaan had voor een dag en een nacht, zag ze zichzelf plotseling bij een zee waarvan het water schuimde en borrelde. Vele gemene beesten met ijzeren lichamen vlogen snel heen en weer boven deze zee. Ze zag biljoenen mannen en vrouwen op en neer dobberen in de zee, er werd om ze gevochten, gegrepen en verslonden door de slechte beesten. Ze zag yaksha’s met verschillende vormen. Enkele hadden vele handen, enkele vele ogen, enkele vele benen, enkele vele hoofden. Met hun scherpe slagtanden, dreven ze de overtreders naar de gemene beesten. Of de yaksha’s grepen de overtreders zelf en verwrongen hun hoofden en voeten samen tot vormen die zo huiveringwekkend waren dat niemand er lang naar zou durven kijken.

 

“Gedurende deze tijd was de Brahmaanvrouw van nature zonder angst, dankzij de kracht van het gedenken van de Boeddha.

 

“Een geestkoning genaamd Vergifloos boog zijn hoofd als begroeting en zei tot de waardige vrouw, ‘Welkom, O Bodhisattva. Welke omstandigheden brengen u hier?’

 

“De Brahmaanvrouw vroeg aan de geestkoning, ‘Wat is deze plek?’

 

“Vergifloos antwoordde, ‘We zijn aan de westzijde van de Grote IJzeren Ring Berg en dit is de eerste zee van de zeeën die het omringen.’

 

“De waardige vrouw zei, ‘Ik heb gehoord dat de hellen binnenin de IJzeren Ring zijn. Is dat werkelijk zo?’

 

“Vergifloos antwoordde, ‘Ja, de hellen zijn hier.’

 

“De waardige vrouw vroeg, ‘Hoe ben ik nu naar de hellen gekomen?’

 

“Vergifloos antwoordde, ‘Als het niet door ongelofelijke spirituele kracht was die jou hierheen heeft gebracht, dan was het de kracht van karma. Dit zijn de enigste twee manieren waarop iemand hier kan komen.’

 

“De waardige vrouw vroeg, ‘Waarom is dit water aan het koken en borrelen, en waarom zijn er zoveel overtreders en gemene beesten?’

 

“Vergifloos antwoordde, ‘Dit zijn wezens van Jambudvipa die slechte daden hebben begaan. Ze zijn kort geleden overleden en negenenveertig dagen zijn verstreken zonder dat er enige verdienstelijke daden zijn uitgevoerd namens hun door nog levende familieleden om ze te redden van hun benardheid. Daarnaast, hebben ze zelf gedurende hun levens geen goede oorzaken geplant. Nu roept hun eigen karma deze hellen op. Hun eerste taak is om deze zee over te steken. Tienduizend yojana’s ten oosten van deze zee is er een andere zee waarin ze twee keer zoveel ellende moeten ondergaan. Ten oosten van die zee is er nog een andere zee waar de ellenden nog eens verdubbeld worden. Wat de gecombineerde slechte oorzaken van de drie karmische voertuigen oproept wordt de zee van karma genoemd. Dit is die plek.’

 

“De waardige vrouw vroeg aan de geestkoning Vergifloos, ‘Waar zijn de hellen?’

 

“Vergifloos antwoordde, ‘Binnenin de drie zeeën zijn er honderden duizenden hellen, elk verschillend. Achttien daarvan staan bekend als de grote hellen. Vijfhonderd opeenvolgende hellen dienen oneindige wrede kwellingen toe. Opeenvolgend van deze zijn er honderden duizenden hellen die nog eens oneindige wrede kwellingen toedienen.’

 

“De waardige vrouw ondervroeg de grote geestkoning nog eens, ‘Mijn moeder is pas geleden overleden en ik weet niet waar ze heen is gegaan.’

 

“De geestkoning vroeg aan de waardige vrouw, ‘Toen de moeder van de Bodhisattva nog in leven was, wat voor gewoontes had ze toen?’

 

“De waardige vrouw antwoordde, ‘Mijn moeder handhaafde afwijkende denkbeelden en bespotte en beledigde het Drievoudige Juweel. Zelf als ze af en toe geloofde, zou ze snel weer respectloos worden. Ze is onlangs overleden en ik weet nog steeds niet waar ze herboren is.’

 

“Vergifloos vroeg, ‘Wat was de naam en tot welke familie behoorde de moeder van de Bodhisattva?’

 

“De waardige vrouw antwoordde, ‘Mijn beide ouders waren Brahmanen; mijn vaders naam was Shila Sudarshana, mijn moeders naam was Yue Di Li.’

 

“Vergifloos plaatste zijn palmen tegen elkaar en smeekte de waardige vrouw, ‘Alstublieft, Waardige, keer snel terug naar huis. Het is voor jou niet langer nodig om te treuren. De zondenaar Yue Di Li is drie dagen geleden in de hemelen geboren. Er wordt gezegd dat ze profijt heeft ontvangen van gemaakte offeringen en gecultiveerde zegeningen door haar trouwe dochter die geven tot Verlichting-Bloem Samadhi Zelf-Meesterschap Koning Tathagata heeft beoefend bij Stoepa’s en Kloosters. Niet alleen was de moeder van de Bodhisattva van de hellen bevrijd, maar ook al de andere zondenaars die bestemd waren voor de Meedogenloze Hel ontvingen zaligheid en waren met haar herboren.’ Toen hij uitgesproken was, plaatste de geestkoning zijn palmen tegen elkaar en trok zich terug.

 

“De Brahmaanvrouw keerde snel terug als of ze uit een droom ontwaakte, en begreep wat er gebeurd was, en maakte toen een diepgaande en verreikende gelofte voor de Stoepa’s en afbeeldingen van Verlichting-Bloem Samadhi Zelf-Meesterschap Koning Tathagata, door te zeggen, ‘Ik zweer dat ik tot aan het einde van toekomstige eeuwigheden zal reageren tot wezens die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen door gebruik te maken van vele behulpzame middelen om hun bevrijding te bewerkstelligen.’”

 

De Boeddha vertelde aan Manjushri, “De geestkoning Vergifloos is de huidige Bodhisattva Voornaamste Rijkdom. De Brahmaanvrouw is nu Ksitigarbha Bodhisattva.”

 

  

 

Hoofdstuk 2  De Deellichamen verzamelen zich

 

Op dat moment, begonnen de deellichamen van Ksitigarbha Bodhisattva zich in het paleis van de Trayastrimsha Hemel te verzamelen van biljoenen onbeschrijfelijke, onvoorstelbare, onmeetbare, onuitsprekelijke, grenzeloze asamkhyeya’s werelden. Ze kwamen vanaf plekken waar er hellen te vinden zijn.

 

Dankzij de spirituele krachten van de Tathagata, kwam elk van hen vanuit zijn eigen richting en werd vergezeld door duizenden biljoenen nayuta’s van diegene die verlossing hadden verkregen van het pad van karma. Allen brachten wierook en bloemen mee als offering tot de Boeddha.

 

Die groepen die kwamen waren onomkeerbaar van Anuttarasamyaksambodhi omdat ze opgeleid en getransformeerd zijn door Ksitigarbha Bodhisattva.

 

Voor lange eeuwigheden hebben ze in geboorte en sterven gedwaald, ondergingen ellende binnenin de zes paden zonder zelfs ook maar een tijdelijke pauze. Nu hebben ze verschillende niveaus van Sagenschap bereikt, dankzij het grote mededogen en diepgaande geloften van Ksitigarbha Bodhisattva.

 

Ze voelde zich opgetogen bij hun aankomst in de Trayastrimsha Hemel en staarde naar de Tathagata, hun ogen verlieten hem voor geen enkele seconde.

 

Op dat moment, strekte de Bhagavan zijn goudkleurige arm uit en aaide de kruinen van al de deellichamen van Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva die zich verzameld hadden vanaf biljoenen onbeschrijfelijke, onvoorstelbare, onmeetbare, onuitsprekelijke, grenzeloze asamkhyeya’s van werelden, en zei, “Ik onderwijs en transformeer halsstarrige wezens zoals dezen in de slechte werelden van de vijf troebelheden, om ervoor te zorgen dat hun bewustzijnen worden gereguleerd en getemd zodat ze het onjuiste afzweren en terugkeren naar het juiste. Maar één of twee van de tien blijven zich vastklampen aan hun slechte gewoontes. Voor hen verdeel ik mijzelf nog eens in duizenden biljoenen lichamen en gebruik talrijke aanvullende behulpzame middelen. Diegene met scherpe wortels zullen luisteren en onmiddellijk geloven. Diegene met goede beloningen zullen reageren op aansporingen en ernaar streven om te slagen. Diegene die vertroebeld en stompzinnig zijn zullen alleen terugkeren nadat ze voor een hele lange tijd zijn onderwezen. Diegene waarvan het karma aanzienlijk is zullen falen om ook maar enig respect te tonen.

 

“Mijn deellichamen brengen over en bevrijden al deze verschillende soorten wezens. Ik kan verschijnen in een mannelijk lichaam. Ik kan verschijnen in een vrouwelijk lichaam. Ik kan verschijnen in het lichaam van een god of een draak. Ik kan verschijnen in het lichaam van een spirit of een geest. Ik kan verschijnen als een berg, een bos, een beek, een bron, een rivier, een meer, een reservoir of als een put om mensen van dienst te zijn. Ik gebruik al deze manieren om wezens te redden. Ik kan verschijnen in het lichaam van God Shakra. Ik kan verschijnen in het lichaam van Heerser Brahma. Ik kan verschijnen in het lichaam van een Wieldraaiende Koning. Ik kan verschijnen in het lichaam van een leek. Ik kan verschijnen in het lichaam van een staatshoofd. Ik kan verschijnen in het lichaam van een eerste minister. Ik kan verschijnen in het lichaam van een ambtenaar. Ik kan verschijnen in het lichaam van een Bhikshu, een Bhikshuni, een Upasaka, een Upasika, enzovoorts tot aan het lichaam van een Shravaka, een Arhat, een Pratyekaboeddha of een Bodhisattva om wezens te onderwijzen en te redden. Het is niet zo dat ik alleen maar tot hen verschijn in het lichaam van een Boeddha.

 

“Denk na over hoe ik heb gezwoegd gedurende opeenvolgende eeuwigheden en hoe ik intens ellende onderging om koppige wezens over te brengen en te bevrijden die weerstand bieden om onderwezen te worden en die ellende blijven ondergaan voor hun overtredingen. Diegene die nog niet zijn bedwongen ondergaan vergeldingen in overeenstemming met hun karma. Als ze in de slechte bestemmingen vallen en zijn verschrikkelijke ellende aan het ondergaan, dan moet je terugdenken aan de gewichtigheid van deze toevertrouwing die ik nu tot jou aan het maken ben hier in het paleis van de Trayastrimsha Hemel. Vind manieren om alle wezens van de Sahawereld te bevrijden vanaf nu tot het moment wanneer Maitreya in de wereld komt. Help hen om ellende voor eeuwig te ontsnappen, Boeddha’s te ontmoeten en om voorspellingen te ontvangen.”

 

Op dat moment, smolten al de deellichamen van Ksitigarbha Bodhisattva zich samen die vanaf al deze werelden waren gekomen tot één enkele vorm. Toen huilde hij en zei tot de Boeddha, “Gedurende lange eeuwigheden heb ik de begeleiding van de Boeddha ontvangen en heb daarvan onvoorstelbare spirituele krachten en grote wijsheid ontwikkeld. Mijn deellichamen vullen zoveel werelden als de zandkorrels in miljoenen biljoenen Ganges Rivieren. In elk van deze werelden, transformeer ik mijzelf in miljoenen biljoenen lichamen. Elk lichaam bevrijdt miljoenen biljoenen mensen, door hen te helpen om respectvol terug te keren tot het Drievoudige Juweel, om geboorte en sterven voor eeuwig te ontsnappen en om de gelukzaligheid van Nirvana te bereiken. Zelfs als hun goede daden binnen de Boeddhadharma zo klein zijn als een haarspriet, een waterdruppel, een zandkorrel, een stofkorrel of het topje van een haar, zal ik hen geleidelijk overbrengen, ze bevrijden en ze helpen om groot voordeel te verkrijgen. Ik hoop alleen maar dat de Bhagavan zich geen zorgen zal maken om de wezens van de toekomst die slecht karma hebben.”

 

Op deze wijze sprak hij drie keer tot de Boeddha, “Ik hoop alleen maar dat de Bhagavan zich geen zorgen zal maken om de wezens van de toekomst die slecht karma hebben.”

 

Op dat moment, prees de Boeddha Ksitigarbha Bodhisattva en zei, “Uitstekend! Uitstekend! Ik zal jou bij dit werk helpen dat jij zo graag onderneemt. Wanneer de onmetelijke geloften vervult zijn die jij gedurende zovelen eeuwigheden blijf maken en al die wezens zijn gered, dan zal jij gecertificeerd worden voor het hebben bereikt van Bodhi.”

 

 

  

Hoofdstuk 3  Bespiegeling van de karmische omstandigheden van wezens

 

Op dat moment, de moeder van de Boeddha, Vrouwe Maya, plaatste haar palmen respectvol tegen elkaar en vroeg aan Ksitigarbha Bodhisattva, “Grote Wijze, kan je ons vertellen over de verschillende soorten van karma die wezens van Jambudvipa creëren, en de resulterende vergeldingen die ze ondergaan?”

 

Ksitigarbha antwoordde, “Er zijn miljoenen werelden en landen waar er wel of geen vrouwen zijn, wel of geen hellen zijn, wel of niet de Boeddhadharma is, enzovoorts tot aan dat er wel of geen Shravaka’s en Pratyekaboeddha’s zijn. Omdat de werelden verschillen, zijn de vergeldingen in de hellen ook verschillend.”

 

Vrouwe Maya sprak weer tot de Bodhisattva, “Kan je ons alstublieft vertellen over de overtredingen die begaan worden door diegene van Jambudvipa die resulteren in vergeldingen in de slechte bestemmingen?”

 

Ksitigarbha antwoordde, “Waardige Moeder, luister alstublieft terwijl ik daar kort over spreek.”

 

De moeder van de Boeddha antwoordde, “Grote Wijze, vertel ons alstublieft hierover.”

 

Toen zei Ksitigarbha Bodhisattva tot de Waardige Moeder, “Vergeldingen die resulteren door overtredingen die begaan worden in Jambudvipa worden omschreven als volgt:

 

“Wezens die niet eerbiedig zijn tot hun ouders, zelfs tot het punt van ze te verwonden of te vermoorden, zullen in de Meedogenloze Hel vallen waar ze voor duizenden biljoenen eeuwigheden tevergeefs zullen zoeken om te ontsnappen.

 

“Wezens die het bloed van de Boeddha vergieten, het Drievoudige Juweel beledigen en de Soetra’s niet vereren, zullen in de Meedogenloze Hel vallen waar ze voor duizenden biljoenen eeuwigheden tevergeefs zullen zoeken om te ontsnappen.

 

“Wezens die de eigendommen van de Eeuwige Woning onteigenen of vernielen, diegene die Bhikshu’s of Bhikshuni’s ontheiligen, diegene die seksuele handelingen verrichten binnen de Sangharama of diegene die daar wezens vermoorden of verwonden, zullen in de Meedogenloze Hel vallen waar ze voor duizenden biljoenen eeuwigheden tevergeefs zullen zoeken om te ontsnappen.

 

“Wezens die Shramana’s lijken maar in hun bewustzijnen zijn ze geen Shramana’s, die de dingen van de Eeuwige Woning vernietigen, die leken misleiden, die tegen de voorschriften ingaan en die vele andere slechte daden begaan, zullen in de Meedogenloze Hel vallen waar ze voor duizenden biljoenen eeuwigheden tevergeefs zullen zoeken om te ontsnappen.

 

“Wezens die de rijkdommen en eigendommen van de Eeuwige Woning stelen, waaronder zijn granen, voedsel en drinken, en kleding of die ook maar iets nemen wat niet aan hun gegeven is, zullen in de Meedogenloze Hel vallen waar ze voor duizenden biljoenen eeuwigheden tevergeefs zullen zoeken om te ontsnappen.”

 

Ksitigarbha Bodhisattva vervolgde, “Waardige Moeder, wezens die zulke overtredingen begaan zullen in de Vijfvoudige Meedogenloze Hel vallen waar ze voortdurend naar een tijdelijke verlichting van hun ellende zullen zoeken maar zullen zelfs nooit een moment van rust ontvangen.”

 

Vrouwe Maya vroeg verder aan Ksitigarbha Bodhisattva, “Waarom wordt die hel Meedogenloos genoemd?”

 

Ksitigarbha Bodhisattva antwoordde, “Waardige Moeder, al de hellen zijn binnenin de Grote IJzeren Ring Berg. De achttien grote hellen en de vijfhonderd opeenvolgende hellen hebben ieder zijn eigen naam. Er zijn er honderden duizenden meer die ook hun eigen namen hebben. De locatie van de Meedogenloze Hel is binnenin een stad van hellen die meer dan tachtigduizend vierkanten mijlen omvat. Deze stad is volledig van ijzer gemaakt. Een ononderbroken massa van vuur strekt zich uit voor tienduizend mijlen boven de stad. Binnenin de stad zijn er vele onderling verbonden hellen, elk met een andere naam.

 

“Er is slechts één hel genaamd Meedogenloos. Zijn omtrek is achttienduizend mijlen. De muur van deze hel is duizend mijlen hoog, volledig gemaakt van ijzer en is bedekt met een vuur die naar beneden is gericht en die samenkomt met een vuur die naar boven is gericht. IJzeren slangen en honden racen vuurspuwend heen en weer bovenop die muur.

 

“In die hel, is er een bed die zich uitstrekt over tienduizend mijlen. Eén persoon die zijn straf ondergaat ziet zijn of haar lichaam het gehele bed bedekken. Wanneer honderden duizenden mensen gelijktijdig hun straf ondergaan, ziet elk van hen nog steeds zijn of haar eigen lichaam het bed bedekken. Op deze manier worden de vergeldingen ondergaan door diegene die hetzelfde karma hebben.

 

“Tevens, ondergaan deze overtreders extreem ellende. Honderden duizenden yaksha’s en andere gemene geesten tonen slagtanden als zwaarden en ogen als bliksem terwijl ze de overtreders met hun koperachtige klauwen voortslepen en sleuren. Andere yaksha’s hanteren grootte ijzeren hellebaarden die ze gebruiken om de monden en neuzen of de buiken en ruggen van de overtreders te doorboren. Ze gooien de overtreders in de lucht en vangen ze dan door ze te doorboren met hun hellebaarden, of ze laten ze op het bed vallen. IJzeren adelaars pikken naar de ogen van de overtreders en ijzeren slangen wikkelen zich rond hun nekken. Lange nagels worden in hun ledematen gestoken. Hun tongen worden uitgetrokken, opgerekt en dan door geploegd. Hun inwendige organen worden uitgetrokken, gesneden en fijngehakt. Gesmolten kopper wordt in hun monden gegoten, en hun lichamen worden met hete ijzers gebonden. Reacties op hun karma gaat zo door gedurende honderden duizenden sterfgevallen en wedergeboorten. Ze gaan door honderden miljoenen eeuwigheden tevergeefs zoekende om te ontsnappen.

 

“Wanneer deze wereld is vernietigd, bevinden ze zichzelf in een andere wereld. Wanneer die wereld is vernietigd, gaan ze naar een andere. Wanneer die wereld, ook, vernietigd is, gaan ze naar een andere. Wanneer deze wereld weer tot stand komt, keren ze hier terug. De situatie rond meedogenloze vergelding voor overtredingen is zoals dit.

 

“Verder, vijf karmische reacties worden gerekend tot de naam Meedogenloos. Wat zijn de vijf? Ten eerste, wordt het Meedogenloos genoemd omdat bestraffing dag en nacht wordt ondergaan gedurende vele eeuwigheden zonder een moment te stoppen. Ten tweede, wordt het Meedogenloos genoemd omdat één persoon het op dezelfde wijze vult als vele mensen het vullen.

 

“Ten derde, wordt het Meedogenloos genoemd omdat bestraffingen onophoudelijk aaanhouden zonder te stoppen gedurende jaren die zich uitstrekken tot nayuta’s van eeuwigheden. Deze bestraffingen worden toegebracht door martelinstrumenten zoals vorken en knuppels; of door adelaars, slangen, wolven en honden; of door slaan, slijpen, zagen, boren, beitelen, snijden en hakken; of door kokende vloeistoffen, ijzeren netten, ijzeren touwen, ijzeren ezels en ijzeren paarden; of door strippen van ruwe huiden rond iemands hoofd te binden en door vloeibaar ijzer over iemands lichaam te gieten; of door maaltijden van ijzeren kogels en dranken van gesmolten ijzer.

 

“Ten vierde, wordt het Meedogenloos genoemd omdat alle wezens karmische reacties ondergaan gebaseerd op de overtredingen die ze begaan hebben, hetzij ze mannen, vrouwen, barbaren, oud, jong, eerbaar of van lage stand zijn; hetzij ze draken, spirits, goden of geesten zijn.

 

“Ten vijfde, wordt het Meedogenloos genoemd omdat overtreders iedere dag en nacht onafgebroken tienduizend sterfgevallen en evenveel wedergeboorten ondergaan vanaf het eerste moment dat ze deze hel betraden en verder door honderden duizenden eeuwigheden. Gedurende deze tijd zoeken ze naar een moment van verlichting die maar nooit komt. Alleen wanneer hun karma is uitgeput kunnen ze de hel verlaten en elders geboren worden.”

 

Ksitigarbha Bodhisattva zei tot de Waardige Moeder, “Dit is een korte beschrijving van de Meedogenloze Hel. Als ik uitgebreid over de namen van al de instrumenten van bestraffing in de hellen en al het lijden daar zou spreken, zou ik nooit kunnen eindigen met spreken voor een gehele eeuwigheid.”

 

Na dat te hebben gehoord, plaatste Vrouwe Maya droevig haar palmen tegen elkaar, maakte een buiging en trok zich terug.

 

 

 

Hoofdstuk 4  Karmische vergeldingen van wezens van Jambudvipa

 

Op dat moment zei Ksitigarbha Bodhisattva tot de Boeddha, “Bhagavan, omdat ik de ontzagwekkende spirituele kracht van de Boeddha ontvang, Tathagata, ben ik in staat om mijn lichaam op te delen en om wezens te redden die karmische vergeldingen aan het ondergaan zijn overal in biljoenen werelden. Als het niet was voor de grote meedogende kracht van de Tathagata, zou ik niet in staat zijn om zulke veranderingen en transformaties te manifesteren. Nu heeft de Bhagavan het redden en bevrijden van wezens in de zes paden aan mij toevertrouwd totdat Ajita een Boeddha wordt. Ik accepteer de toevertrouwing, Bhagavan. Heb alstublieft geen verdere bezorgdheid.”

 

Toen vertelde de Boeddha aan Ksitigarbha Bodhisattva, “Wezens die nog geen bevrijding hebben verkregen hebben verwarde naturen en bewustzijnen. Hun slechte gewoontes oogsten slecht karma; hun goede gewoontes brengen beloningen. Door op situaties te reageren door goede of slechte daden te begaan zorgen ze ervoor dat ze in de vijf paden blijven draaien zonder een moment rust. Gedurende eeuwigheden zo talrijk als stofkorrels blijven ze verward, misleid, belemmerd en geteisterd door moeilijkheden. Ze zijn net als vissen die in wateren zwemmen die dicht geregen zijn met netten. Ze kunnen er doorheen slippen en hun vrijheid tijdelijk behouden, maar vroeger of later zullen ze gevangen worden. Ik ben bezorgd om zulke wezens. Maar omdat jij herhaaldelijk veelomvattende geloften blijft maken gedurende opeenvolgende eeuwigheden om deze overtreders over te brengen, welke verdere zorgen moet ik dan nog hebben?”

 

Nadat dat gezegd was, zei een Bodhisattva Mahasattva in de assemblee met de naam Samadhi Zelf-Meesterschap Koning tot de Boeddha, “Bhagavan, welke geloften heeft Ksitigarbha Bodhisattva gemaakt gedurende zovelen opeenvolgende eeuwigheden die er nu voor zorgen dat hij de speciale lof van de Bhagavan ontvangt? Wij hopen dat de Bhagavan ons hierover verteld.”

 

De Bhagavan antwoordde toen tot Samadhi Zelf-Meesterschap Koning, “Luister aandachtig, luister aandachtig en overdenk deze voorbeelden zorgvuldig die ik jou zo ga geven. Een moment, grenzeloze asamkhyeya’s nayuta’s van onuitsprekelijke eeuwigheden geleden, verscheen een Boeddha genaamd Alwetendheid-Verwezenlijkt Tathagata, Diegene Waardig voor Offeringen, Diegene met Juiste en Allesomvattende Kennis, Diegene Perfect in Zuiverheid en Gedrag, Diegene op een Goede Plek, Ongeëvenaarde Ridder Die de Wereld Begrijpt, Temmende en Bedwingende Held, Leraar voor Goden en Mensen, Boeddha, Bhagavan, in de wereld. De levensspan van die Boeddha was zestigduizend eeuwigheden. Voordat hij een monnik werd, was hij de koning van een klein land en was bevriend met de koning van een aangrenzend land. Beide koningen beoefenden de Tien Heilzame Daden en hielpen wezens. Omdat de inwoners van deze twee aangrenzende landen vele slechte daden begingen, maakte de twee koningen een plan door gebruik te maken van verreikende hulpmiddelen. Eén koning maakte de gelofte om snel een Boeddha te worden en om dan absoluut alle andere wezens te redden.

 

“De andere koning maakte de gelofte, ‘Ik wil niet een Boeddha worden voordat ik eerst al degenen heb gered die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen, om het voor hun mogelijk te maken om rust te vinden en om uiteindelijk Bodhi te bereiken.’”

 

De Boeddha vertelde aan de Bodhisattva Samadhi Zelf-Meesterschap Koning, “De koning die zweerde om snel een Boeddha te worden is Alwetendheid-Verwezenlijkt Tathagata. De koning die zweerde om wezens te blijven redden die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen in plaats van om een Boeddha te worden is Ksitigarbha Bodhisattva.

 

“Een ander moment, grenzeloze asamkhyeya eeuwigheden geleden, verscheen een Boeddha genaamd Zuivere-Lotus-Ogen Tathagata in de wereld. Zijn levensspan was veertig eeuwigheden. Tijdens zijn Dharmagelijkenistijdperk, ontmoete een Arhat die zegeningen had verzameld door het redden van wezens een vrouw genaamd Heldere Ogen, die eenmaal een maaltijd tot hem offerde terwijl hij wezens aan het onderwijzen en transformeren was.

 

“‘Wat is jouw wens?’ Vroeg de Arhat.

 

“Heldere Ogen antwoordde, ‘Op de sterfdag van mijn moeder heb ik verdienstelijke daden uitgevoerd om haar te redden, maar ik weet niet waar mijn moeder nu is.’

 

“Uit medeleven voor haar, betrad de Arhat samadhi om te beschouwen en zag dat de moeder van Heldere Ogen in een slechte bestemming was gevallen waar ze extreem ellende aan het ondergaan was. De Arhat vroeg, ‘Heldere Ogen, wat voor onheilzame karma heeft jouw moeder gecreëerd gedurende haar leven dat er nu voor zorgt dat ze zulk verschrikkelijk ellende moet ondergaan in een slechte bestemming?’

 

“Heldere Ogen antwoordde, ‘Mijn moeder genoot van het eten van vis, schildpadden en andere zeewezens. Ze genoot in het bijzonder van het bakken of braden van vis- en schildpadeieren. Iedere keer dat ze dat at nam ze duizenden levens. Oh, Eerwaarde, ben alstublieft meedogend en vertel me hoe ze gered kan worden!’

 

“De Arhat had medelijden met Heldere Ogen en gebruikte zijn bekwame middelen. Hij spoorde Heldere Ogen zo aan, ‘Met oprechte vastberadenheid, ben aandachtig van Zuivere-Lotus-Ogen Tathagata en maak ook gebeeldhouwde en geschilderde afbeeldingen van hem. Wanneer je dat doe, zullen de levenden en de overledenen beiden beloond worden.’

 

“Heldere Ogen hoorde dat, nam snel afstand van alles dat ze lief had en gaf haastig opdracht voor het maken van schilderijen van de Boeddha. Toen maakte ze offeringen voor hen. De verering die ze voelde ontroerde haar tot tranen en ze huilde van verdriet terwijl ze de Boeddha aanschouwde en tot hem boog. Plotseling aan het einde van de nacht, in een droom, zag ze het lichaam van die Boeddha, oogverblindend goudkleurig en zo groot als Berg Sumeru, groot licht aan het uitstralen.

 

“Hij zei tot Heldere Ogen, ‘Jouw moeder zal binnenkort in jouw huishouden geboren worden en zodra die zuigeling honger en kou kan voelen, zal hij spreken.’

 

“Kort daarop, baarde een dienstmeid in het huishouden een zoon die sprak voordat hij drie dagen oud was. Hij boog zijn hoofd en huilde, en zei tot Heldere Ogen, ‘De karmische gevolgen die we creëren gedurende onze levens en sterfgevallen resulteren in vergeldingen die wijzelf moeten ondergaan. Ik ben jouw moeder en ben een lange tijd in duisternis geweest. Sinds jij en ik zijn gescheiden, ben ik herhaaldelijk in de grote hellen gevallen. Bij het ontvangen van de kracht van jouw zegeningen, ben ik herboren als een kind van een bediende met een korte levensspan. Dertien jaar vanaf nu, zal ik weer in de slechte paden vallen. Heb jij een manier om me te bevrijden zodat ik ze kan vermijden?’

 

“Toen Heldere Ogen deze woorden hoorde, wist ze zonder enige twijfel dat ze van haar moeder waren. Stotterend van verdriet, zei ze tot het kind van de bediende, ‘Aangezien dat jij mijn moeder was, moet je jouw eigen overtredingen uit het verleden kennen. Wat onheilzaam karma heb jij gecreëerd dat ervoor gezorgd heeft dat je in de slechte paden viel?’

 

“De zoon van de dienstmeid antwoordde, ‘Ik ben vergelding aan het ondergaan voor twee soorten karma: moorden en beledigen. Als ik niet de zegeningen had ontvangen die jij verdiend had om mij te redden van mijn moeilijkheid, dan zou ik nog niet zijn vrijgelaten van dat karma.’

 

“Heldere Ogen vroeg, ‘Wat gebeurd er in de hellen wanneer wezens vergelding aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen?’

 

“De zoon van de dienstmeid antwoordde, ‘Ik kan het niet verdragen om te spreken over de manieren waarop wezens lijden voor hun overtredingen. Zelfs als ik honderdduizend jaar zou leven, zou ik het moeilijk vinden om erover te praten.’

 

“Toen Heldere Ogen dat hoorde, huilde ze hevig en sprak in de lucht, door te zeggen, ‘Ik zweer dat mijn moeder voor eeuwig bevrijd zal worden van de hellen. Aan het einde van deze dertien jaren, zal ze beëindigd zijn met haar zware overtredingen en zal niet terugkeren naar de slechte paden. O Boeddha’s van de tien richtingen, met jullie mededogen en medelijden, luister alstublieft naar de allesomvattende en machtige gelofte die ik ten behoeve van mijn moeder aan het maken ben. Als mijn moeder nooit meer de drie slechte paden betreed, nooit meer geboren wordt in een lage stand en nooit meer vrouwelijk zal zijn, dan hier voor de afbeelding van Zuivere-Lotus-Ogen Tathagata, zweer ik dat vanaf deze dag, gedurende miljoenen biljoenen eeuwigheden ik zal reageren tot alle wezens die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen in de hellen of de drie slechte paden van elke wereld. Ik zweer om ze te redden van de slechte bestemmingen van de hellen, hongerige geesten, dieren en dergelijke. Alleen nadat wezens met dusdanige vergeldingen allemaal Boeddha’s zijn geworden zal ik zelf Juiste Verlichting bereiken.’

 

“Na het maken van die gelofte , hoorde ze duidelijk Zuivere-Lotus-Ogen Tathagata tot haar zeggen, ‘Heldere Ogen, jouw eigen grote mededogen en medelijden zal jouw moeder bereiken via deze machtige gelofte die je nu aan het maken bent. Mijn beschouwing toont me dat jouw moeder na dertien jaar klaar zal zijn met deze vergelding en geboren zal worden als een Brahmaan met een levensspan van honderd jaar. Na die vergelding, zal ze geboren worden in het Land van Geen Zorgen met een levensspan van ontelbare eeuwigheden. Later zal ze de bloei van Boeddhaschap bereiken en mensen en goden redden zo talrijk als de zandkorrels in de Ganges.’”

 

Shakyamuni Boeddha vertelde aan Samadhi Zelf-Meesterschap Koning, “De Arhat wiens zegeningen Heldere Ogen toen hielp is nu Onuitputtelijke Intentie Bodhisattva. De moeder van Heldere Ogen is nu Bevrijding Bodhisattva. Heldere Ogen zelf is nu Ksitigarbha Bodhisattva. Hij heeft op deze wijze zijn mededogen en medelijden vergroot vanaf verafgelegen eeuwigheden voorwaarts door zoveel geloften te maken als de zandkorrels in de Ganges om grootte aantallen wezens te redden.

 

“Mannen en vrouwen kunnen in de toekomst falen om goede daden te verrichten en enkel in staat zijn om slechte daden te begaan; het kan zijn dat ze niet in oorzaak en gevolg geloven; kunnen toegeven aan seksueel wangedrag en liegen; kunnen verdeeldheidzaaiende en onvriendelijke spraak gebruiken; en kunnen het Grote Voertuig beledigen. Wezens met karma zoals dat behoren zeker in de slechte bestemmingen te vallen. Maar als ze Goede en Wijze Adviseurs ontmoeten die ze aansporen en ervoor zorgen dat ze vlug toevlucht nemen tot Ksitigarbha Bodhisattva, dan zullen deze wezens net zo vlug van hun vergeldingen in de drie slechte paden verlost worden. Als deze wezens vastberaden en respectvol zijn, als ze aanschouwen, buigen en de Bodhisattva loven, en als ze offeringen van bloemen, wierook, kleding, juwelen, voedsel en dranken tot hem maken, zullen ze voortreffelijke wonderbaarlijke gelukzaligheid in de hemelen genieten voor miljoenen biljoenen eeuwigheden. Wanneer hun zegeningen in de hemelen eindigen en ze worden als mensen geboren, zullen ze gedurende honderden duizenden eeuwigheden de potentie hebben om staatsleider te worden die in staat zijn om alle aspecten van oorzaken en gevolgen van vorige levens te herinneren. O Samadhi Zelf-Meesterschap Koning, Ksitigarbha Bodhisattva heeft zulke onvoorstelbare grote overweldigende spirituele krachten die hij in toenemend maten gebruikt om wezens te bevoordelen. Al jullie Bodhisattva’s moeten deze Soetra herinneren, en het ver en wijd verkondigen en verspreiden.”

 

Samadhi Zelf-Meesterschap Koning Bodhisattva zei tot de Boeddha, “Bhagavan, ben alstublieft niet ongerust. Wij duizenden biljoenen Bodhisattva’s Mahasattva’s, gebaseerd op de overweldigende spirituele kracht van de Boeddha, zullen deze Soetra zeker wijd door heel Jambudvipa verkondigen om wezens te bevoordelen.”

 

Na zo tot de Bhagavan te hebben gesproken, plaatste Samadhi Zelf-Meesterschap Koning Bodhisattva respectvol zijn palmen tegen elkaar, boog en trok zich terug.

 

Op dat moment rezen de Vier Hemelse Koningen van hun zetels, plaatsten hun palmen respectvol tegen elkaar en zeiden tot de Boeddha, “Bhagavan, Ksitigarbha Bodhisattva heeft steeds zulke grote geloften gemaakt vanaf verafgelegen eeuwigheden tot aan het heden. Hoe komt het dat hij nu nog steeds niet klaar is met het overbrengen van wezens? Waarom blijft hij voortdurend zijn allesomvattende en machtige geloften hernieuwen? Alstublieft, Bhagavan, leg dat voor ons uit.”

 

De Boeddha vertelde aan de Vier Hemelse Koningen, “Uitstekend, uitstekend. Nu, om jullie te bevoordelen en om dat voordeel uit te breiden tot mensen en goden van het heden en de toekomst, zal ik spreken over hoe Ksitigarbha Bodhisattva uit mededogen en medelijden behulpzame middelen gebruikt, binnenin de paden van geboorte en sterven in Jambudvipa in de Sahawereld om wezens te redden, over te brengen en te bevrijden die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen.”

 

De Vier Hemelse Koningen antwoordde, “Alstublieft, Bhagavan, wij zouden graag over zijn werk horen.”

 

De Boeddha vertelde aan de Vier Hemelse Koningen, “Vanaf verafgelegen eeuwigheden in het verleden tot aan het heden, is Ksitigarbha Bodhisattva bezig geweest met het redden en bevrijden van wezens. Aangezien zijn geloften nog steeds niet zijn volbracht, blijft hij met mededogen en medelijden wezens helpen die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen in deze wereld. Verder, ziet hij de onophoudelijke verwikkelingen van hun oorzaken die zich uitstrekken tot aan oneindige toekomstige eeuwigheden. Daardoor vernieuwt hij zijn geloften. Zo, in deze Sahawereld, op het continent van Jambudvipa, onderwijst en transformeert deze Bodhisattva wezens doormiddel van miljoenen biljoenen behulpzame middelen.

 

“O Vier Hemelse Koningen! Tot moordenaars, zegt Ksitigarbha Bodhisattva dat een korte levensspan de vergelding zal zijn. Tot overvallers, zegt hij dat armoede en intens ellende de vergelding zal zijn. Tot diegene die zich toegeven aan ongepaste seks, zegt hij dat wedergeboorte als duiven of mandarijn woerden of eenden de vergelding zal zijn. Tot diegene die wrede spraak gebruiken, zegt hij dat ruziënde families de vergelding zal zijn.

 

“Tot diegene die beledigen, zegt hij dat tongloos en aangetaste monden de vergelding zal zijn. Tot de haatdragende, zegt hij dat lelijk en kreupel zijn de vergelding zal zijn. Tot de hebzuchtige, zegt hij dat het niet verkrijgen van wat men zoekt de vergelding zal zijn. Tot de vraatzuchtige, zegt hij dat honger, dorst en ziekten van de keel de vergelding zal zijn. Tot jagers, zegt hij dat een angstaanjagende krankzinnigheid die diegene zijn leven zal verwoesten de vergelding zal zijn.

 

“Tot diegene die zich tegen hun ouders verzetten, zegt hij dat gedood worden in natuurrampen de vergelding zal zijn. Tot brandstichters die bergen en bossen afbranden, zegt hij dat het proberen om zelfmoord te plegen tijdens de verwardheid van krankzinnigheid de vergelding zal zijn.

 

“Tot wrede ouders of stiefouders, zegt hij dat gegeseld worden in toekomstige levens de vergelding zal zijn. Tot diegene die jonge dieren strikken en vangen, zegt hij dat gescheiden zijn van zijn eigen kinderen de vergelding zal zijn. Tot diegene die het Drievoudige Juweel beledigen, zegt hij dat blindheid, doofheid of stomheid de vergelding zal zijn. Tot diegene die de Dharma kleineren en de Leringen met arrogantie aanschouwen, zegt hij dat voor eeuwig in de slechte paden verblijven de vergelding zal zijn. Tot diegene die de eigendommen van de Eeuwige Woning vernietigen of misbruiken, zegt hij dat voor honderden miljoenen eeuwigheden in de hellen ronddwalen de vergelding zal zijn. Tot diegene die het zuivere gedrag van anderen verontreinigen en die valse verklaringen tegen leden van de Sangha uitdragen, zegt hij dat het voor eeuwig in het dierenrijk verblijven de vergelding zal zijn. Tot diegene die schroeien, verbranden, onthoofden, verminken of op andere wijzen wezens kwaad doen, zegt hij dat het ondergaan van hetzelfde soort van ellende de vergelding zal zijn.

 

“Tot diegene die de voorschriften en de reglementen van zuiver eten overtreden, zegt hij dat geboren worden als vogels of dieren die honger en dorst moeten lijden de vergelding zal zijn. Tot diegene die onjuist en destructief gebruik maakt van dingen, zegt hij dat het niet in staat zijn om ooit te verwerven van wat men zoekt de vergelding zal zijn. Tot de arrogante en hoogmoedige, zegt hij dat slaafs en van lage afkomst zijn de vergelding zal zijn. Tot diegene die laster gebruiken om onenigheid tussen anderen te veroorzaken, zegt hij dat tongloos of spraakgebrekkig zijn de vergelding zal zijn. Tot diegene met onjuiste standpunten, zegt hij dat geboren worden in achtergebleven gebieden de vergelding zal zijn.

 

“De slechte gewoontes die wezens van Jambudvipa voortzetten waarbij karma van lichaam, spraak en bewustzijn betrokken is, resulteren in honderden duizenden vergeldingen zoals dezen. Ik heb hier enkel een paar voorbeelden genoemd. Aangezien dat het variërende karma dat wezens van Jambudvipa creëren verschillende reacties oproepen, gebruikt Ksitigarbha Bodhisattva honderden duizenden behulpzame middelen om wezens te onderwijzen en te transformeren. Deze wezens moeten eerst vergeldingen ondergaan zoals dezen, en vallen dan in de hellen, waar ze eeuwigheden vast zullen zitten zonder mogelijkheid om te ontsnappen. Je moet daarom mensen en landen beschermen. Sta niet toe dat de accumulatie van karma wezens verwart.”

 

Na dat te hebben gehoord, huilde de Vier Hemelse Koningen van verdriet, plaatste hun palmen tegen elkaar en trokken zich terug.

 

 

  

Hoofdstuk 5  De namen van de hellen

 

Op dat moment, zei Samantabhadra Bodhisattva Mahasattva tot Ksitigarbha Bodhisattva, “Menslievende, omwille van goden en draken, diegene in de Viervoudige Assemblee en alle andere wezens van het heden en de toekomst, vertel ons alstublieft de namen van de hellen waar wezens van de Sahawereld van het continent Jambudvipa vergeldingen moeten ondergaan voor overtredingen die ze begaan hebben. Omschrijf alstublieft ook wat er gebeurd tijdens vergeldingen die voor slechte daden ondergaan worden, zodat wezens in de toekomstige Dharmabeëindigingstijdperk zullen weten wat deze vergeldingen zijn.”

 

Ksitigarbha Bodhisattva antwoordde, “Menslievende, gebaseerd op de ontzagwekkende spirituele kracht van de Boeddha en door te vertrouwen op jouw kracht, grote Bodhisattva, zal ik een algemene opsomming geven van de namen van de hellen en in het kort omschrijven wat er gebeurd tijdens vergeldingen die voor overtredingen en slechte daden ondergaan worden.

 

“Menslievende, in oostelijk Jambudvipa is er een bergketen genaamd IJzeren Ring. Deze bergketen is pikzwart omdat het licht van de zon en de maan er niet op schijnen. Een grote hel genaamd Ultiem Meedogenloos is daar gelegen. Een andere hel wordt Grote Avici genoemd. Er is ook een hel genaamd Vier Hoorns, een hel genaamd Vliegende Messen, een hel genaamd Brandende Pijlen, een hel genaamd Plettende Bergen, een hel genaamd Doorborende Speren, een hel genaamd IJzeren Karren, een hel genaamd IJzeren Bedden, een hel genaamd IJzeren Ossen, een hel genaamd IJzeren Kleding, een hel genaamd Duizend Zwaarden, een hel genaamd IJzeren Ezels, een hel genaamd Gesmolten Kopper, een hel genaamd Omhelzen van een Pilaar, een hel genaamd Stromend Vuur, een hel genaamd Ploegen van Tongen, een hel genaamd Afhakken van Hoofden, een hel genaamd Branden van Voeten, een hel genaamd Uitpikken van Ogen, een hel genaamd IJzeren Kogeltjes, een hel genaamd Ruziën, een hel genaamd IJzeren Bijl en een hel genaamd Gigantische Haat.”

 

Ksitigarbha Bodhisattva zei, “Menslievende, binnenin de IJzeren Ring zijn er eindeloze hellen zoals deze. Er is ook de hel van Het Uitschreeuwen, de hel van Tongen Uittrekken, de hel van Uitwerpselen en Urine, de hel van Koperen Sloten, de hel van Vuur Olifanten, de hel van Vuur Honden, de hel van Vuur Paarden, de hel van Vuur Ossen, de hel van Vuur Bergen, de hel van Vuur Rotsen, de hel van Vuur Bedden, de hel van Vuur Balken, de hel van Vuur Adelaars, de hel van Zagende Tanden, de hel van Huid Villen, de hel van Bloed Drinken, de hel van Branden van Handen, de hel van Branden van Voeten, de hel van Hangende Haken, de hel van Vuur Kamers, de hel van IJzeren Cellen en de hel van Vuur Wolven.

 

“Elk van deze hellen bevat kleinere hellen hun aantal beginnend vanaf één, twee, drie, vier tot honderden duizenden. Elk van deze kleinere hellen heeft zijn eigen naam.”

 

Ksitigarbha Bodhisattva vertelde aan Samantabhadra Bodhisattva, “Menslievende, zo zijn de karmische reacties van wezens in Jambudvipa die slechte daden begaan. De kracht van karma is extreem groot. Het evenaart Berg Sumeru in zijn hoogte. Het overtreft de grootte oceanen in hun diepten. Het belemmert het pad dat leidt naar Sagenschap. Daarom, moeten wezens nooit denken dat kleine slechte daden onbelangrijk zijn of aannemen dat ze niet als overtredingen meetellen. Na het overlijden, zullen er vergeldingen ondergaan moeten worden die al deze details weergeven. Vaders en zonen hebben de hechte relatie, maar hun wegen scheiden en elk moet zijn eigen weg gaan. Zelfs als ze elkaar zouden ontmoeten, zouden ze geen van beiden ermee instemmen om in plaats van de ander ellende te ondergaan. Nu, gebaseerd op de ontzagwekkende spirituele kracht van de Boeddha, zal ik enkele vergeldingen voor overtredingen omschrijven die in de hellen plaats vinden. Alstublieft, Menslievende, luister even naar datgene dat ik zo ga vertellen.”

 

Samantabhadra antwoordde, “Ik ken al heel lang de vergeldingen die in de drie slechte paden voorkomen. Mijn hoop om de Menslievende te vragen om ze te beschrijven is dat wanneer wezens in de toekomstige Dharmabeëindigingstijdperk die slechte daden aan het begaan zijn de beschrijvingen van de Menslievende horen, ze gemotiveerd zullen worden om toevlucht te nemen tot de Boeddha.”

 

Ksitigarbha zei, “Menslievende, dit is wat er in de hellen gebeurd tijdens vergeldingen. Overtreders kunnen naar een hel gaan waarin hun tongen uitgetrokken worden en door vee doorgeploegd worden; of naar een hel waarin hun harten uitgetrokken worden en door yaksha’s opgegeten worden; of naar een hel waarin hun lichamen in ketels met kokende olie gekookt worden; of naar een hel waarin ze gedwongen worden om gloeiend hete koperen pilaren te omarmen; of naar een hel waarin ze verbrand worden door een vuur dat ze onafgebroken achtervolgt; of naar een hel waarin kou en ijs allesdoordringend is; of naar een hel waarin uitwerpselen en urine eindeloos zijn; of naar een hel waarin vliegende hamers onvermijdbaar zijn; of naar een hel waarin brandende speren ze herhaaldelijk steken; of naar een hel waarin ze onafgebroken op de borst en rug geslagen worden; of naar een hel waarin hun handen en voeten verbrand worden; of naar een hel waarin ze door ijzeren slangen geboeid worden die zich om hen heen wikkelen; of naar een hel waarin ze door rennende ijzeren honden achterna gezeten worden; of naar een hel waarin hun lichamen door ijzeren ezels uitgerekt worden.

 

“Menslievende, om deze vergeldingen in elke hel toe te passen, ontstaan er uit karmische krachten honderden duizenden instrumenten die gemaakt zijn van koper, ijzer, steen of vuur. Deze vier materialen ontstaan in reactie tot de soorten van karma die overtreders creëren. Als ik in detail zou uiteenzetten wat er in de hellen gebeurd gedurende vergeldingen, dan zou ik moeten vertellen over de honderden duizenden soorten van ellenden die in elke specifieke hel ondergaan moeten worden. Hoeveel de meer zou dat het geval zijn voor de ellenden in al de vele hellen! Nu, door mijzelf gebaseerd te hebben op de ontzagwekkende spirituele kracht van de Boeddha, heb ik een algemeen antwoord gegeven op de vraag van de Menslievende, omdat als ik in detail zou treden, het eeuwigheden zou duren.”

 

 

 

Hoofdstuk 6  De lofspraak van de Tathagata

 

Op dat moment straalde de Bhagavan een groot helder licht uit vanaf zijn gehele lichaam, en verlichte daarbij zoveel Boeddhalanden als de zandkorrels in miljoenen biljoenen Ganges Rivieren volledig. Zijn krachtige stem strekte zich uit tot aan alle Bodhisattva’s Mahasattva’s in die Boeddhalanden, evenals de goden, draken, geesten en spirits, mensen, niet-menselijken en anderen, terwijl hij zei, “Luister vandaag, terwijl ik Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva roem, die onvoorstelbare overweldigende spirituele kracht en meedogende kracht door de tien richtingen toon bij het redden en beschermen van wezens die ellende aan het ondergaan zijn voor overtredingen die ze begaan hebben. Nadat ik in kalmte ben getreden, moeten al jullie Bodhisattva’s Mahasattva’s en al jullie goden, draken, geesten, spirits en anderen gebruik maken van grootte aantallen behulpzame middelen om deze Soetra te beschermen en ervoor zorgen dat alle wezens de gelukzaligheid van Nirvana verkrijgen.”

 

Nadat dat gezegd was, stond een Bodhisattva genaamd Universele Uitzetting op in de assemblee, plaatste zijn palmen respectvol tegen elkaar, en zei tot de Boeddha, “We staan nu op het punt om getuigen te zijn van de lofspraak van de Bhagavan voor de onvoorstelbaar grote overweldigende spirituele deugd van Ksitigarbha Bodhisattva. Wij hopen ook dat de Bhagavan wezens in de toekomstige Dharmabeëindigingstijdperk zal helpen door te vertellen over hoe Ksitigarbha Bodhisattva mensen en goden bevoordeeld en over de werking van oorzaak en gevolg. Dat zal de goden, draken en de rest van de achtvoudige divisie helpen, evenals wezens van de toekomst, om de onderrichting van de Boeddha respectvol te ontvangen.”

 

Op dat moment, zei de Bhagavan tot de Bodhisattva Universele Uitzetting, en tot allen in de viervoudige assemblee, “Luister aandachtig, luister aandachtig. Ik zal voor jullie in het kort omschrijven hoe de deugdelijke daden van Ksitigarbha Bodhisattva mensen en goden aanhoudend blijven bevoordelen.”

 

Universele Uitzetting antwoordde, “Uitstekend, Bhagavan. Wij zullen het fijn vinden om te luisteren.”

 

De Boeddha vertelde aan de Bodhisattva Universele Uitzetting, “Als, in de toekomst, goede mannen of vrouwen, bij het horen van de naam van Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva, hun palmen tegen elkaar plaatsen, hem prijzen, tot hem buigen, of in verering naar hem staren, zullen ze dertig eeuwigheden aan overtredingen overwinnen. Universele Uitzetting, als goede mannen of vrouwen staren naar en slechts eenmaal buigen tot geschilderde of getekende afbeeldingen van de Bodhisattva of afbeeldingen die gemaakt zijn van klei, steen, lakwerk, goud, zilver of brons, zullen ze honderdmaal in de Hemel van de Drieëndertig worden herboren en zullen voor eeuwig vermijden om in de slechte bestemmingen te vallen. Wanneer hun zegeningen in de hemelen ten einde komen en ze worden geboren in het mensenrijk, zullen ze staatshoofden worden die geen verlies van voordelen zullen leiden.

 

“Er kunnen vrouwen zijn die een hekel hebben aan het hebben van een vrouwelijk lichaam. Veronderstel dat ze oprecht offeringen maken tot afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva, zoals schilderijen of afbeeldingen die gemaakt zijn van klei, steen, lakwerk, koper, ijzer of andere materialen. Als ze zonder te verzuimen dag na dag onafgebroken offeringen maken, van bloemen, wierook, voedsel, dranken, kleding, gekleurde zijden, vaandels, geld, juwelen en andere voorwerpen, dan wanneer deze goede vrouwen hun huidige vrouwelijke vergelding beëindigd, zullen ze gedurende duizenden miljoenen eeuwigheden nooit meer in werelden geboren worden waar er vrouwen zijn, laat staan dat ze er een zullen zijn, behalve als ze ervoor kiezen vanwege de kracht van hun meedogende geloften, om wezens te bevrijden. Gebaseerd op de kracht van hun offeringen tot Ksitigarbha Bodhisattva en de kracht van hun verdienstelijke deugd, zullen ze niet met vrouwelijke lichamen geboren worden gedurende honderden duizenden eeuwigheden.

 

“Verder, Universele Uitzetting, sommige vrouwen kunnen onvolmaakte eigenschappen bezitten of vatbaar zijn voor ziekten. Bij het verafschuwen van deze problemen, kunnen ze met oprechte besluitvaardigheid oprecht staren naar en buigen tot afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva zelfs voor slechts een paar minuten, en als resultaat, zullen ze gedurende miljoenen toekomstige eeuwigheden van wedergeboorten, voortdurend begiftigd zijn met volledige en perfecte eigenschappen. Als die vrouwen waarvan de eigenschappen op het moment niet perfect zijn geen afkeer hebben van het hebben van een vrouwelijk lichaam, dan gedurende miljoenen biljoenen levens zullen ze altijd geboren worden als vrouwen van Koninklijke afstamming, of zullen huwen met mannen van Koninklijke afkomst, of zullen dochters worden van eerste ministers, of vrouwen in vooraanstaande families of dochters van grote ouderlingen. Ze zullen van goede afkomst zijn en volledig gevormd. Ze zullen zulke zegeningen ontvangen door Ksitigarbha Bodhisattva oprecht aanschouwd en vereerd te hebben.

 

“Verder, Universele Uitzetting, er kunnen goede mannen of vrouwen zijn die in staat zijn om muziek te spelen, zingen, of loven te chanten en offeringen van wierook en bloemen te maken voor afbeeldingen van de Bodhisattva, of die in staat zijn om één of meerdere personen aan te sporen om hetzelfde te doen. Nu en in de toekomst, zullen deze mensen dag en nacht omringd worden door honderden duizenden geesten en spirits die er zelfs voor zullen zorgen dat slecht nieuws hun oren niet bereikt, laat staan dat ze hen toestaan om persoonlijk betrokken te raken in enig ongeluk.

 

“Verder, Universele Uitzetting, in de toekomst, kunnen er slechte mensen, slechte spirits of slechte geesten zijn die goede mannen of vrouwen zien die toevlucht nemen tot, respectvol offeringen maken tot, loven, aanschouwen en buigen tot afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva. Die wezens kunnen de fout begaan om deze handelingen van verering te bespotten, door te zeggen dat ze van geen verdienste zijn. Ze kunnen deze goede mensen uitlachen, ze achter hun ruggen veroordelen of een groep verzamelen of slechts één ander persoon om maar zo weinig als één gedachte van afkeuring te laten hebben. Deze wezens zullen in de Avici Hel vallen, en de extreme narigheid die ze zullen ondergaan als vergelding voor hun spotternij zal zelfs niet eindigen nadat de Duizend Boeddha’s van de Waardige Eeuw de stilte hebben betreden. Alleen na die eeuw zullen ze tussen de hongerige geesten herboren worden, waar ze nog eens een duizend eeuwigheden zullen verblijven voordat ze als dieren herboren worden. Alleen na nog een andere duizend eeuwigheden zullen ze menselijke lichamen verkrijgen, maar ze zullen arm en van lage afkomst zijn met onvolledige zintuigen, en hun slecht karma zal ervoor zorgen dat ze mentale kwellingen zullen ondergaan. Kort daarna, zullen ze weer in de slechte paden vallen. Universele Uitzetting, zo zullen de vergeldingen zijn die ondergaan moeten worden door degene die de handelingen van verering van anderen belachelijk maken en beledigen. Hoeveel erger zullen de vergeldingen wel niet zijn als, ze naast hun beledigen, ook nog andere slechte denkbeelden hebben.

 

“Verder, Universele Uitzetting, in de toekomst, kunnen mannen of vrouwen voor een lange tijd door ziekten geveld worden en, ondanks hun wensen, is het niet mogelijk om beter te worden of om te sterven. ‘S nachts kunnen ze over slechte geesten, of over gezinsleden en familieleden, of over op gevaarlijke paden dwalen dromen. In talrijke nachtmerries kunnen ze met geesten en spirits dwalen. Terwijl dagen, maanden en jaren verstrijken, kunnen deze mensen verzwakken en vermageren, in hun slaap het uitschreeuwen van de pijn en kunnen geleidelijk steeds depressiever en zwaarmoediger worden. Die dingen gebeuren wanneer de kracht van hun karma nog niet is vastgesteld, wat het voor hun moeilijk maakt om te sterven en het voor hun onmogelijk maakt om te genezen. De ordinaire ogen van mannen en vrouwen kunnen deze fenomenen niet waarnemen.

 

“In die situatie, moeten andere mensen één keer deze Soetra hardop reciteren voor afbeeldingen van de Boeddha’s en Bodhisattva’s ten behoeve van enig ziek persoon die op deze wijze ziek is. Of ze kunnen bezittingen offeren tot de Boeddha’s en Bodhisattva’s die het zieke persoon koestert, zoals kleding, juwelen, tuinen of huizen. Ze moeten duidelijk tot de zieke spreken, door te zeggen, ‘Nu voor deze Soetra of deze afbeeldingen, zijn we deze voorwerpen aan het offeren namens deze zieke.’ Ze kunnen Soetra’s of afbeeldingen offeren, of opdracht geven voor het maken van afbeeldingen van Boeddha’s en Bodhisattva’s, of het bouwen van Stoepa’s of Kloosters, of olielampen aansteken, of geven aan de Eeuwige Woning. Ze moeten drie keer aan de zieken vertellen wat voor offeringen er gemaakt worden, zorg ervoor dat ze zowel horen als begrijpen wat er gedaan wordt.

 

“Als de bewustzijnen van de zieken al uiteengegaan zijn en hun ademhaling is gestopt, dan voor één, twee, drie, vier, tot aan zeven dagen, moeten de andere mensen ze duidelijk blijven informeren over de offeringen en om deze Soetra hardop te blijven lezen. Wanneer de levens van deze zieken eindigen, zullen ze bevrijding verkrijgen van al hun zware en catastrofale overtredingen die ze begaan hebben gedurende vorige levens, zelfs overtredingen die vijfvoudige meedogenloze vergelding rechtvaardige. Ze zullen in plaatsen geboren worden waar ze altijd hun vorige levens zullen kennen, zo hoeveel groter zullen de karmische beloningen wel niet zijn als goede mannen of vrouwen deze Soetra zelf kunnen uitschrijven of anderen opdracht geven om het te doen, of als ze zelf afbeeldingen kunnen uithakken of schilderen of anderen opdracht geven om dat te doen. De voordelen die ze zullen ontvangen zijn daadwerkelijk groot!

 

“Daarom, Universele Uitzetting, als je mensen zie die deze Soetra lezen en reciteren of die zelfs maar een enkele gedachte van lof hebben voor het, of als je iemand ontmoet die het vereert, moet je honderden duizenden hulpmiddelen gebruiken om deze mensen aan te sporen om ijverig te zijn en om zich niet terug te trekken. In zowel het heden als in de toekomst, zullen ze in staat zijn om duizenden biljoenen van onvoorstelbare verdienstelijke voordelen te verkrijgen.

 

“Verder, Universele Uitzetting, wezens in de toekomst, kunnen terwijl ze dromerig of slaperig zijn, geesten, spirits en andere vormen zien die ofwel verdrietig, huilerig, ongerust, angstaanjagend of doodsbang zijn. Dit zijn allemaal vaders, moeders, zonen, dochters, broeders, zusters, echtgenoten, echtgenotes en andere familieleden van één, tien, honderd of duizend vorige levens die nog niet in staat zijn geweest om de slechte bestemmingen te verlaten. Zij kunnen nergens terecht voor de krachtige zegeningen die nodig zijn om ze te redden, en daarom proberen ze met hun dichtstbijzijnde afstammelingen te communiceren, met de hoop dat deze familieleden gebruik zullen maken van enkele vaardige middelen om ze te helpen om uit de slechte paden te komen. Universele Uitzetting, door gebruik te maken van jouw spirituele krachten, spoor deze afstammelingen aan om deze Soetra met oprechte besluitvaardigheid te reciteren voor de afbeeldingen van Boeddha’s of Bodhisattva’s of om anderen te verzoeken om het te reciteren, ofwel drie of zeven keer. Wanneer de Soetra het juiste aantal keren hardop is gelezen, zullen de familieleden in de slechte paden bevrijd worden en nooit meer tot diegene verschijnen die dromenig of slaperig zijn.

 

“Verder, Universele Uitzetting, mensen van lage afkomst, en diegene die slaven zijn, of geketend, of die op enige andere wijze van hun vrijheid zijn beroofd, kunnen zich bewust zijn van hun daden van het verleden en wensen om spijt voor hen te betuigen en om hen te veranderen. Als ze met oprechte besluitvaardigheid voor zeven dagen, tijdens het aanschouwen van en het buigen tot de afbeelding van Ksitigarbha Bodhisattva, in staat zijn om zijn naam voor een volledige tienduizend keer te reciteren, dan wanneer hun huidige vergelding eindigt, zullen deze mensen altijd in rijkdom en aanzien geboren worden gedurende honderdenduizenden levens. Hoeveel de meer zullen ze elk van de ellenden van de drie slechte paden vermijden.

 

“Verder, Universele Uitzetting, in de toekomst in Jambudvipa wanneer de echtgenotes van Kshatriya’s, Brahmaans, Ouderlingen en Upasaka’s, van de verschillende families en stammen op het punt staan om zonen of dochters te baren, moeten de familieleden deze onvoorstelbare Soetra en de naam van de Bodhisattva voor een volledige tienduizend keer reciteren gedurende de zeven dagen voor de geboorte van deze kinderen. Als deze zuigelingen, ofwel mannelijk of vrouwelijk, voorbestemd waren om een vreselijke vergelding te ondergaan voor daden die ze begaan hebben gedurende vorige levens, zullen ze van deze vergeldingen bevrijd worden. Ze zullen vredig, gelukkig, makkelijk opvoedbaar zijn en zullen lange levens hebben. Als deze kinderen voorbestemd waren om zegeningen te ontvangen, dan zal hun vredigheid en geluk vergroot worden, evenals hun levensspanen.

 

“Verder, Universele Uitzetting, op de eerste, achtste, veertiende, vijftiende, achttiende, drieëntwintigste, vierentwintigste, achtentwintigste, negenentwintigste en dertigste dag van de lunaire maand, worden de overtredingen van wezens in tabellen gerangschikt en de ernstigheid van hen vastgesteld. Elke enkele beweging of roering van gedacht van de kant van wezens van Jambudvipa creëert karma en overtredingen. Hoeveel de meer is dit het geval wanneer ze schaamteloos toegeven aan doden, stelen, seksueel wangedrag, onjuist spraakgebruik en honderdenduizenden andere soorten van overtredingen. Als ze in staat zijn om deze Soetra één keer op deze tien vegetarische dagen te reciteren, voor de afbeeldingen van Boeddha’s, Bodhisattva’s, of Waardigen en Wijzen, dan zullen er rondom hen geen rampen plaats vinden binnen een straal van honderd yojana’s. De familieleden van diegene die reciteren, zowel jong als oud, nu en in de toekomst, zullen van de slechte paden gescheiden zijn gedurende honderdenduizenden jaren. Als ze deze Soetra één keer kunnen reciteren op elk van deze tien vegetarische dagen, dan zullen er geen ongelukken of ziekten zijn in de familie, en zullen ze voedsel en kleding in overvloed hebben.

 

“Universele Uitzetting, je moet weten van de heilzame daden die door Ksitigarbha Bodhisattva uitgevoerd worden wanneer hij gebruik maakt van zijn onbeschrijflijke miljoenen biljoenen grote ontzagwekkende spirituele krachten. De wezens van Jambudvipa hebben sterke verwantschappen met deze Bodhisattva. Wanneer ze de naam van de Bodhisattva horen, de afbeelding van de Bodhisattva zien of slechts maar een paar woorden, een vers of een zin van deze Soetra horen, zullen ze in dit huidige leven uitzonderlijke wonderbaarlijke vrede en gelukzaligheid genieten. Gedurende duizenden miljoenen toekomstige levens, zullen ze altijd aantrekkelijk of beeldschoon zijn, en ze zullen in geëerde en welvarende families geboren worden.”

 

Na de Boeddha te hebben gehoord, Tathagata, Ksitigarbha Bodhisattva op deze wijze geprezen te hebben, knielde Universele Uitzetting Bodhisattva, en plaatste zijn palmen tegen elkaar, en sprak nogmaals tot de Boeddha, door te zeggen, “Bhagavan, ik weet al heel lang dat deze Bodhisattva zowel onvoorstelbare spirituele krachten als machtige geloften bezit. Ik heb de Tathagata ondervraagd zodat wezens van de toekomst deze voordelen kunnen weten. Ik ontvang nu uw antwoord zeer respectvol. Bhagavan, wat moet de titel van deze Soetra zijn, en hoe moeten we het verspreiden?”

 

De Boeddha zei tot Universele Uitzetting, “Deze Soetra heeft drie titels: de eerste is De Geloften uit het Verleden van Ksitigarbha Bodhisattva; het wordt ook Ksitigarbha’s Gedragingen van het Verleden genoemd; en ook Soetra van de Kracht van Ksitigarbha zijn Geloften uit het Verleden. Omdat deze Bodhisattva herhaaldelijk zulke grote en machtige geloften maakt gedurende lange eeuwigheden om wezens te bevoordelen, moet jullie allemaal deze Soetra verspreiden in overeenstemming met hen.”

 

Nadat Universele Uitzetting dat had gehoord, plaatste hij zijn palmen respectvol tegen elkaar, maakte een buiging, en trok zich terug.

 

 

  

Hoofdstuk 7  Het bevoordelen van de levenden en de overledenen

 

Op dat moment, zei Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva tot de Boeddha, “Bhagavan, ik zie dat elke enkele beweging of roering van gedachte van de kant van wezens van Jambudvipa een overtreding is. Wezens hebben de neiging om alle heilzame voordelen op te maken die ze verdient hebben, en vele van hen eindigen op het terugtrekken van hun oorspronkelijke aspiratie. Als ze slechte situaties tegenkomen, vergroten ze die met elke gedachte. Ze zijn als mensen die zware rotsen proberen te dragen terwijl ze door de modder lopen. Elke stap wordt nog moeilijker en de rotsen nog hinderlijker terwijl hun voeten dieper wegzinken. Als ze een mentor tegenkomen, kan hij sterk genoeg zijn om hun lasten te verlichten of zelfs volledig te verwijderen. Na ze zo te helpen, adviseert de mentor hen om op vaste grond te blijven en om aandachtig te zijn om nooit meer terug te gaan op dat verraderlijke pad.

 

“Bhagavan, de slechte gewoontes van wezens variëren van klein tot groot. Aangezien dat alle wezens dergelijk gewoontes hebben, moeten hun gezinsleden of familieleden zegeningen voor hen creëren wanneer ze op het punt staan om te sterven om ze zo bij te staan op het pad voor hen. Dit kan gedaan worden door vaandels en baldakijnen op te hangen; olielampen aan te steken; de heilige Soetra’s te reciteren; en door offeringen te maken voor de afbeeldingen van Boeddha’s of Wijzen. Een andere manier om ze bij te staan is door de namen van Boeddha’s, Bodhisattva’s en Pratyekaboeddha’s te reciteren zodat de recitatie van elke naam langs het oor van de stervende passeert en in zijn fundamentele bewustzijn wordt gehoord.

 

“Veronderstel dat het slechte karma dat door wezens gecreëerd was zo is dat ze in de slechte bestemmingen behoren te vallen. Als hun familieleden heilzame oorzaken cultiveren ten behoeve van hen wanneer ze op het punt staan om te sterven, kunnen hun veelvoudige overtredingen ontbonden worden. Als familieleden vervolgens vele goede daden kunnen uitvoeren gedurende de eerste negenenveertig dagen na de dood van deze wezens, dan kunnen de overledenen de slechte bestemmingen voor eeuwig verlaten, en als mensen en goden geboren worden, en superieure wonderbaarlijke gelukzaligheid ontvangen. De levende familieleden zullen ook grenzeloze voordelen ontvangen.

 

“Daarom spoor ik nu, voor de Boeddha’s, Bhagavan’s, evenals voor de goden, draken en de rest van de achtvoudige divisie, mensen en niet-menselijken, wezens van Jambudvipa aan om verwonden, doden, en het begaan van andere onheilzame daden zorgvuldig te vermijden; om zich te onthouden van het vereren van geesten en spirits of het maken van opofferingen tot hen; en om nooit bergtrollen op te roepen op de dag van sterven. Waarom is dat? Doden, verwonden en het maken van opofferingen hebben niet eens een heel klein beetje kracht waarmee de overledenen geholpen kunnen worden. Zulke handelingen binden de oorzaken van overtredingen alleen maar vaster zodat ze nog dieper en sterker groeien. De overledene kon verdiend hebben om zijn potentie voor Sagenschap te vergroten of het verkrijgen van een geboorte onder mensen of goden in zijn volgende leven of in de toekomst. Maar als zijn familieleden overtredingen in zijn naam begaan, zal zijn goede wedergeboorte uitgesteld worden. Hoeveel de meer zal dit het geval zijn voor mensen die op het punt staan om te sterven die gedurende hun levens gefaald hebben om zelfs een paar goede wortels te planten. Elke overtreder moet de slechte bestemmingen ondergaan in overeenstemming met zijn eigen karma. Hoe kan iemand verdragen dat familieleden aan dat karma toevoegen? Dat zou hetzelfde zijn als om van een buurman te hebben die een paar extra dingen toevoegd aan een lading van honderd kilogram die door iemand gedragen wordt, terwijl hij al een lange afstand heeft gereisd en gedurende drie dagen niets heeft gegeten. Wanneer dat extra gewicht toegevoegd zou worden, zou de last van die persoon zelfs meer ondragelijk worden.

 

“Bhagavan, ik zie dat wezens van Jambudvipa zelf de voordelen van alle goede daden zullen ontvangen die ze kunnen uitvoeren die in overeenstemming zijn met de leringen van de Boeddha. Dit geldt zelfs wanneer de daden zo klein zijn als een haarspriet, een waterdruppel, een zandkorrel of een stofkorrel.”

 

Nadat dat gezegd was, stond een Ouderling in de assemblee op genaamd Geweldige Welbespraaktheid. Hij had lang geleden Non-Productie gerealiseerd en verscheen alleen maar in het lichaam van een Ouderling om anderen te onderwijzen en te transformeren dooruit de gehele tien richtingen. Hij plaatste respectvol zijn palmen tegen elkaar, en vroeg aan Ksitigarbha Bodhisattva, “Grote Meester, nadat mensen van Jambudvipa gestorven zijn cultiveren hun naaste en verre familieleden verdienste door vegetarische maal offeringen te maken en door andere dergelijke goede daden te doen, zal de overledenen genoeg verdienste en deugd verkrijgen dat aanzienlijk genoeg is om hun bevrijding te veroorzaken?”

 

Ksitigarbha Bodhisattva antwoordde, “Ouderling, gebaseerd op de overweldigende kracht van de Boeddha’s, zal ik nu dit principe uiteenzetten om wille van wezens van het heden en de toekomst. Ouderling, als wezens van het heden en de toekomst wanneer ze op het punt staan om te sterven de naam van één Boeddha, één Bodhisattva of één Pratyekaboeddha horen, zullen ze bevrijding verkrijgen zowel als ze overtredingen begaan hebben of niet.

 

“Wanneer mannen of vrouwen beladen met overtredingen die gefaald hebben om goede oorzaken te planten overlijden, kunnen zelfs zij één-zevende deel van elke verdienste ontvangen die aan hen door familieleden opgedragen worden die goede daden ten behoeve van hen uitvoeren. Het andere zes-zevende deel van de verdienste zal naar de levende familieleden terugkeren die de goede daden hebben uitgevoerd. Hieruit volgt dat goede mannen en vrouwen van het heden en de toekomst die cultiveren terwijl ze sterk en gezond zijn al het voordeel zullen ontvangen dat voortkomt.

 

“De aankomst van de Grote Geest van Vergankelijkheid is zo onverwachts dat de bewustzijnen van de overledenen eerst in duisternis en in onduidelijkheid dwalen, onbewust van overtredingen en zegeningen. Gedurende negenenveertig dagen is het net alsof de overledenen verward of doof zijn, of alsof ze in rechtszittingen zitten waar hun karmische vergeldingen vastgesteld worden. Wanneer de veroordeling eenmaal vaststaat, worden ze in overeenstemming met hun karma herboren. Gedurende de tijd voordat de wedergeboorten vastgesteld zijn, lijden de overledenen aan duizenden op duizenden angsten. Hoeveel de meer is dit het geval voor diegene die op het punt staan om in de slechte bestemmingen te vallen.

 

“Gedurende negenenveertig dagen, zullen diegene wiens levens beëindigd zijn en die nog niet herboren zijn elk moment hopen dat hun naastte familieleden zegeningen zullen verdienen die krachtig genoeg zijn om ze te redden. Na het verstrijken van deze tijd, zullen de overledenen vergelding ondergaan in overeenstemming met hun karma. Als iemand een overtreder is, kan hij honderden duizenden jaren doorgaan zonder zelfs maar één dag van bevrijding. Als iemands overtredingen Vijfvoudige Meedogenloze Vergelding verdienen, zal hij in de grote hellen vallen en onophoudelijk ellende ondergaan gedurende honderden miljoenen eeuwigheden.

 

“Verder, Ouderling, wanneer wezens die karmische overtredingen begaan hebben sterven, kunnen hun familieleden vegetarische offeringen bereiden om ze te helpen op hun karmische padden. Tijdens het proces van het bereiden van de vegetarische maaltijd en voordat het gegeten wordt, mag het rijstwaswater en de groentebladeren niet op de grond gegooid worden. Voordat het voedsel geofferd is tot de Boeddha’s en de Sangha, mag niemand ervan eten. Als er laksheid of overtredingen begaan worden gedurende deze aangelegenheid, dan zullen de overledenen er geen kracht van ontvangen, maar als zuiverheid streng wordt gehandhaafd tijdens het bereiden van de offering voor de Boeddha’s en de Sangha, zullen de overledenen één-zevende deel van de verdienste ontvangen. Daarom, Ouderling, door vegetarische offeringen uit te voeren namens de gestorven vaders, moeders en andere familieleden tijdens het maken van oprechte smeekbede namens hen, bevoordelen wezens van Jambudvipa zowel de levenden als de gestorvenen.”

 

Nadat dat gezegd was, brachten duizenden biljoenen nayuta’s geesten en spirits van Jambudvipa die in het paleis van de Trayastrimsha Hemel aanwezig waren, de grenzeloze aspiratie voort om Bodhi te verwezenlijken. De Ouderling Geweldige Welbespraaktheid maakte een buiging en trok zich terug.

 

 

  

Hoofdstuk 8  Het loven van Heerser Yama en zijn volgelingen

 

Op dat moment, vanuit het binnenste van de IJzeren Ring Berg, arriveerde Heerser Yama en zijn gevolg van ontelbare Geestkoningen voor de Boeddha in de Trayastrimsha Hemel. Zij waren: de Geestkoning Slecht Vergif, de Geestkoning Vele Slechtheden, de Geestkoning Groot Meningsverschil, de Geestkoning Witte Tijger, de Geestkoning Bloed Tijger, de Geestkoning Karmijnrode Tijger, de Geestkoning Verspreiden van Rampen, de Geestkoning Vliegend Lichaam, de Geestkoning Bliksemflits, de Geestkoning Wolftand, de Geestkoning Duizend Ogen, de Geestkoning Diereneter, de Geestkoning Rotsdrager, de Geestkoning Heer van Slecht Nieuws, de Geestkoning Heer van Ongelukken, de Geestkoning Heer van Voedsel, de Geestkoning Heer van Rijkdom, de Geestkoning Heer van Huiselijke Dieren, de Geestkoning Heer van Vogels, de Geestkoning Heer van Dieren, de Geestkoning Heer van Bergtrollen, de Geestkoning Heer van Geboorte, de Geestkoning Heer van Leven, de Geestkoning Heer van Ziekten, de Geestkoning Heer van Gevaar, de Geestkoning Drie Ogen, de Geestkoning Vier Ogen, de Geestkoning Vijf Ogen, de Geestkoning Ch’i Li Shih, de Grote Geestkoning Ch’i Li Shih, de Geestkoning Ch’i Li Ch’a, de Grote Geestkoning Ch’i Li Ch’a, de Geestkoning No Ch’a, de Grote Geestkoning No Ch’a en andere Grote Geestkoningen zoals dezen. Met hen kwamen honderdduizenden lagere Geestkoningen die door heel Jambudvipa zweren, elk van hen heeft de leiding over een bepaald rechtsgebied.

 

Geholpen door de ontzagwekkende spirituele kracht van de Boeddha en de kracht van Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva, vergezelde al deze Geestkoningen Heerser Yama naar de Trayastrimsha Hemel en ze stonden gezamenlijk aan één kant. Toen knielde Heerser Yama, plaatste zijn palmen tegen elkaar, en zei tot de Boeddha, “Bhagavan, geholpen door de ontzagwekkende spirituele kracht van de Boeddha en de kracht van Ksitigarbha Bodhisattva, ben ik in staat om hierheen te komen met al deze Geestkoningen om me aan te sluiten bij deze grote assemblee in de Trayastrimsha Hemel, wat erg veel in ons voordeel zal zijn. Er is nu een kleine twijfel die ik graag zou willen uitspreken, en wij hopen dat de Bhagavan meedogend zal zijn en het wil wegnemen.”

 

De Boeddha zei tot Heerser Yama, “Ik zal elke vraag beantwoorden die jij wilt stellen.”

 

Op dat moment keek Heerser Yama respectvol naar de Bhagavan, maakte een buiging, draaide zijn hoofd naar Ksitigarbha Bodhisattva om hem te erkennen, en zei toen tot de Boeddha, “Bhagavan, ik zie dat Ksitigarbha Bodhisattva gebruik maakt van honderdenduizenden behulpzame middelen om wezens te redden die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen binnenin de zes paden van wedergeboorte. Ik zie dat hij dit zo onbaatzuchtig doet, en zonder ook maar een beetje vermoeidheid. Desondanks dat deze grote Bodhisattva gebruik maakt van zijn onvoorstelbare spirituele penetraties om deze daden te doen, duurt het niet lang voordat de wezens die hij geholpen heeft om bevrijding te verkrijgen van vergelding om weer in de slechte paden te vallen.

 

“Bhagavan, aangezien Ksitigarbha Bodhisattva zulke grote onvoorstelbare spirituele krachten bezit, waarom zijn wezens niet in staat om op hem te vertrouwen, om op de goede paden te blijven en om voor eens en altijd bevrijd te zijn? Alstublieft, Bhagavan, verklaar dat voor ons.”

 

De Boeddha vertelde aan Heerser Yama, “De wezens van Jambudvipa zijn koppig en halsstarrig van aard, moeilijk om te temmen, moeilijk om te bedwingen. Deze grote Bodhisattva redt zulke wezens voortdurend gedurende honderdenduizenden eeuwigheden, en zorgt ervoor dat ze snel bevrijding verkrijgen. Zelfs voor wezens die vergeldingen aan het ondergaan zijn in de meest noodlottige bestemmingen, past de Bodhisattva de kracht van hulpmiddelen toe om ze te ontwarren van hun eigen fundamentele karmische omstandigheden en zorgt ervoor dat ze de gebeurtenissen van hun vorige levens gaan begrijpen.

 

“Maar omdat wezens van Jambudvipa zo gebonden zijn door hun eigen zware slechte gewoontes blijven ze onophoudelijk tussen de verschillende paden switchen, terwijl deze Bodhisattva gedurende vele lange eeuwigheden zwoegt om hun volledige bevrijding en verlossing te bewerkstelligen.

 

“Ze zijn net als mensen die door verwardheid de weg naar huis zijn vergeten, en per vergissing een gevaarlijk weg volgen. Op deze gevaarlijke weg zijn er vele yaksha’s, tijgers, wolven, leeuwen, slangen en adders. Deze verwarde mensen zullen zeker snel gewond raken op dat gevaarlijke pad. Maar dan ontmoeten ze een goed geïnformeerde gids, vaardig in het ontwijken van alle mogelijke gevaren, waaronder de vergiften van de gevaarlijke yaksha’s en anderen. Deze mentor begint de reizigers van dat gevaarlijke pad af te begeleiden, door te zeggen, ‘Pas op allemaal! Wat heeft jullie naar deze weg geleidt? Wat voor speciale vaardigheden hebben jullie om al deze gevaren te ontwijken?’

 

“Door dat te horen realiseren de verwarde reizigers zich dat ze op een gevaarlijk pad zijn en keren terug, om te proberen te ontsnappen. De aardige gids zegt ze dan dat ze elkaars hand moeten vastpakken, en leidt ze zo van dat gevaarlijke pad, en helpt ze om de dodelijke gevaren te ontwijken. Wanneer ze een veilige weg bereiken zijn de reizigers opgelucht en kalmeren. Hun gids zegt ze dan, ‘Ben voorzichtig verwarde personen om nooit meer op dat pad terug te gaan. Wanneer je er eenmaal op bent, is het moeilijk om ervan af te komen; het kan een persoon zijn natuur en leven vernietigen.’

 

“De reizigers die verward waren uitte hun diepe dankbaarheid, en terwijl ze op het punt staan om uit elkaar te gaan, zegt de mentor tot hen, ‘Als je andere reizigers zie, hetzij je ze persoonlijk kent of niet, zowel als ze mannen of vrouwen zijn, vertel ze dat de gevaren en slechtheden op dat pad hun naturen en levens kunnen vernietigen. Sta niet toe dat ze onbewust hun eigen dood veroorzaken.’ Op dezelfde wijze, Ksitigarbha Bodhisattva, uitgerust met grote mededogen, redt wezens die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen en maakt het voor hun mogelijk om geboren te worden onder mensen en goden, waar ze wonderbaarlijke gelukzaligheid genieten.

 

“Wanneer deze overtreders eenmaal bevrijd zijn van de ellende die ze ondervonden in de paden waar hun karma hen heen had geleidt, moeten ze deze paden nooit meer nemen. Ze zijn net als de verdwaalde mensen die per vergissing een gevaarlijk pad namen en die naar veiligheid werden geleidt door een vriendelijke gids. Ze weten nu dat ze nooit meer die weg moeten nemen. Daarnaast sporen ze anderen aan om die weg nooit meer te nemen door te zeggen, ‘Wij persoonlijk namen die weg toen we verwart waren geraakt, maar we ontsnapte en we weten nu beter dan om ooit nog die weg te betreden. Als we er nogmaals voet op zouden zetten, zouden we nogmaals verwart raken en niet in staat zijn om het te herkennen als het gevaarlijke pad dat we eender hadden genomen. In dat geval, kunnen we onze levens verliezen.’ Hetzelfde is waar voor het vallen in de slechte bestemmingen. Dankzij de krachtige hulpmiddelen van Ksitigarbha Bodhisattva, kunnen wezens bevrijd worden en wedergeboorte verkrijgen als mensen of goden. Als ze zich dan zouden omdraaien en betreden de slechte bestemmingen nogmaals, dan kunnen diegene met zware karmische boeien voor eeuwig in de hellen verblijven zonder een kans om te ontsnappen.”

 

Op dat moment, plaatste de Geestkoning Slecht Vergif zijn palmen respectvol tegen elkaar, richtte zich tot de Boeddha, en zei, “Bhagavan, elk van ons ontelbare Geestkoningen van Jambudvipa schenken voordelen of brengen letsel toe dat verschilt per wezen. Echter, karmische vergeldingen zorgen ervoor dat diegene die deel uit maken van mijn gevolg meer kwaad doen dan goed. Desalniettemin, wanneer we een huishouden, een stad, een dorp, een tuin, een landhuis of een hut passeren waar er mannen of vrouwen zijn die goede daden hebben gecultiveerd waarvan de verdienste zo klein zijn als een haar, zelfs als ze maar een vaandel of baldakijn hebben opgehangen, een klein beetje wierook of een paar bloemen hebben gebruikt als offering tot de afbeeldingen van Boeddha’s of Bodhisattva’s, die de heilige Soetra’s hebben gereciteerd of wierook hebben gebrand als offering voor slechts één zin of gatha in hen, zullen wij Geestkoningen deze mensen respecteren zoals we de Boeddha’s van het verleden, heden en de toekomst zouden respecteren. Wij zullen de kleinere geesten bevelen, die elk van hen grote kracht bezit, evenals de aardespirits, om deze mensen te beschermen. Slechte situaties, ongevallen, hevige of onverwachte ziekten en alle andere ongewilde gebeurtenissen zullen niet eens in de buurt van hun woningen komen of andere plaatsen waar ze kunnen zijn, laat staan dat ze de deur binnenkomen.”

 

De Boeddha prees de Geestkoningen, “Uitstekend, uitstekend, dat al jullie Geestkoningen je aansluiten bij Heerser Yama bij het beschermen van goede mannen en vrouwen op deze wijze. Ik zal dit aan Heer Brahma en Heer Shakra vertellen om er zeker van te zijn dat jullie ook beschermd worden.”

 

Toen dat gezegd was, zei een Geestkoning in de assemblee genaamd Heerser van Leven tot de Boeddha, “Bhagavan, mijn karmische omstandigheden zijn zo dat ik de jurisdictie heb over de levensspanen van mensen in Jambudvipa, ik heers zowel over de tijdstippen van hun geboorte als hun overlijden. Mijn fundamentele geloften zijn gebaseerd op een groot verlangen om ze te bevoordelen, maar mensen begrijpen mijn intenties niet en gaan door geboorte en sterven in angst. Waarom is dat?

 

“Wanneer vrouwen in Jambudvipa net kinderen gebaart hebben, of het nu jongens of meisjes zijn, of wanneer ze op het punt staan om te baren, moeten goede daden uitgevoerd worden om de voordelen van het huishouden te vergroten, om zo ervoor te zorgen dat de lokale aardespirits onmetelijk tevreden zullen zijn. De spirits zullen dan de moeder en het kind beschermen zodat ze vredig en gelukkig zullen zijn, en ze zullen voordelen naar het gehele gezin brengen. Na de geboorte, moet al het doden en verwonden dat als doel heeft om als offering van vers vlees te dienen voor de moeder zorgvuldig vermeden worden, evenals feesten die gepaard gaan met het drinken van alcohol, het eten van vlees, zingen en het bespelen van muziekinstrumenten. Al deze dingen kunnen de moeder en het kind ervan weerhouden om vredig en gelukkig te zijn. Waarom is dit? Op het moeilijke tijdstip van geboorte, ontelbare kwaadaardige geesten, waaronder bergtrollen, gobelins en bepaalde spirits, verlangen ernaar om het sterk ruikende bloed te eten. Ik geef de lokale aardespirits van dat huishouden snel het bevel om de moeder en het kind te beschermen, om ervoor te zorgen dat ze vredig en gelukkig zijn en om andere voordelen te ontvangen. Wanneer mensen in deze huishoudens getuigen zijn van deze voordelen, moeten ze verdienstelijke daden verrichten om hun dankbaarheid te tonen aan de aardespirits. Als ze in plaats daarvan, verwonden en doden, en grootte bijeenkomsten organiseren met feestmalen en amusement, dan zullen de vergeldingen die van zulke overtredingen resulteren door henzelf gedragen worden en zullen eveneens letsel aan de moeder en het kind toebrengen.

 

“Verder, wanneer mensen van Jambudvipa op het punt staan om te sterven, wens ik ze te behoeden om in de slechte paden te vallen, ongeacht of ze goede of slechte daden begaan hebben. Maar hoeveel groter is deze kracht van mij wel niet om ze te helpen wanneer ze persoonlijk goede wortels hebben gecultiveerd! Wanneer diegene die goed doen in Jambudvipa op het punt staan om te sterven, transformeren honderdduizenden geesten en spirits van de slechte paden zichzelf en verschijnen als hun ouders of andere familieleden om te proberen ervoor te zorgen dat deze mensen in de slechte paden vallen. Hoeveel meer is dit het geval voor diegene die slechte daden hebben begaan!

 

“Bhagavan, wanneer mannen of vrouwen van Jambudvipa op het punt staan om te sterven, worden hun bewustzijnen en spirits verward en duister. Ze zijn niet in staat om onderscheid te maken tussen goed en kwaad, en hun ogen en oren zijn niet in staat om te zien of te horen. Daarom moeten familieleden van deze overledenen gullen offeringen maken, de heilige Soetra’s reciteren en de namen van Boeddha’s en Bodhisattva’s reciteren. Deze goede omstandigheden kunnen ervoor zorgen dat de overledenen de slechte paden verlaten, en dat alle demonen, geesten en spirits zich zullen terugtrekken en weggejaagd worden.

 

“Bhagavan, als wezens van welke soort dan ook de mogelijkheid heeft om de naam van één Boeddha of Bodhisattva te horen of om één zin of gatha van een Mahayana Soetra te horen op het tijdstip van sterven, observeer ik dat deze wezens snel bevrijd kunnen worden van de trekkracht van hun opeengehoopte kleine slechte daden die hun anders in de slechte paden zouden hebben getrokken. De uitzondering hierop zijn misdaden waarbij moorden betrokken is die vijfvoudige meedogenloze vergelding rechtvaardigen.”

 

De Boeddha zei tot de Geestkoning Heerser van Leven, “Dankzij jouw grote mededogen, ben je in staat om zulke grote geloften te maken en om alle wezens te beschermen te midden van leven en dood. Wanneer mannen of vrouwen in de toekomst geboorte en sterven ondergaan, trek dan niet terug van jouw gelofte, maar bevrijd ze allemaal zodat zij eeuwige vrede kunnen ervaren.”

 

De Geestkoning zei tot de Boeddha, “Alstublieft ben niet bezorgd. Tot het einde van mijn leven, zal ik in elke gedachte de wezens van Jambudvipa beschermen, zowel op de momenten van geboorte als van sterven, zodat ze allemaal kalmte zullen vinden. Mijn wens is alleen maar dat ze op het moment van geboorte en sterven, ze zullen geloven wat ik zeg, zodat ze allemaal bevrijdt kunnen worden en vele voordelen kunnen verkrijgen.”

 

Op dat moment zei de Boeddha tot Ksitigarbha Bodhisattva, “Deze grote Geestkoning Heerser van Leven heeft al honderdduizenden levens als een grote Geestkoning doorlopen, beschermt wezens gedurende hun geboortes en sterfgevallen. Alleen dankzij dit grote wezen zijn meedogende geloften verschijnt hij zo in het lichaam van een grote Geestkoning, want in werkelijkheid is hij niet een geest. Nadat honderdzeventig eeuwigheden zijn verstreken, zal hij een Boeddha worden met de naam Geen Verschijning Tathagata. Zijn eeuw zal Gelukkig genoemd worden, en zijn wereld zal Zuivere Woning genoemd worden. De levensspan van deze Boeddha zal zich uitstrekken voor ontelbare eeuwigheden. Ksitigarbha, de omstandigheden rond deze grote Geestkoning zijn zo. Ze zijn onvoorstelbaar, en de mensen en goden die hij redt zijn ontelbaar.”

 

 

  

Hoofdstuk 9  De namen van de Boeddha’s

 

Op dat moment, zei Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva tot de Boeddha, “Bhagavan, ik wil enkele beoefeningen bespreken die behulpzaam zullen zijn voor wezens van de toekomst en die ze in staat zullen stellen om groot voordeel te verkrijgen gedurende hun levens en sterfgevallen. Bhagavan, alstublieft luister naar mijn woorden.”

 

De Boeddha zei tot Ksitigarbha Bodhisattva, “Nu met jouw uitgestrekte mededogen wens je de onvoorstelbare gebeurtenissen te bespreken die betrokken zijn bij het redden van allen die in de zes paden ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen. Dit is het juiste moment. Spreek nu, omdat mijn Nirvana op handen is, zodat ik jou kan helpen om jouw geloften snel te verwezenlijken. Dan zal geen van ons beiden nog bezorgt hoeven zijn over de wezens van het heden of van de toekomst.”

 

Ksitigarbha Bodhisattva zei tot de Boeddha, “Bhagavan, ontelbare asamkhyeya eeuwigheden geleden, verscheen een Boeddha genaamd Grenzeloos Lichaam Tathagata in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen en hebben een kortstondige gedachte van respect, dan zullen deze mensen de zware overtredingen opheffen die ze hebben begaan gedurende veertig eeuwigheden van geboortes en sterfgevallen. Hoeveel de meer zal dit het geval zijn voor diegene die de afbeelding van deze Boeddha beeldhouwen of schilderen of hem roemen en offeringen tot hem maken. De verdienste die ze verkrijgen zullen eindeloos en grenzeloos zijn.

 

“Verder, in het verleden, zoveel eeuwigheden geleden als er zandkorrels in de Ganges Rivier zitten, verscheen een Boeddha genaamd Juwelen Natuur Tathagata in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen en besluiten onmiddellijk om toevlucht te nemen, dan zullen deze mensen zich nooit terugtrekken van het Onovertroffen Pad.

 

“Verder, in het verleden, verscheen een Boeddha genaamd Lotus Superieur Tathagata in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen of als het geluid van zijn naam slechts langs hun oren passeert, dan zullen deze mensen duizend maal in de Zes Verlangen Hemelen herboren worden. Hoeveel de meer zal dit het geval zijn als deze mensen oprecht de naam van deze Tathagata reciteren.

 

“Verder, in het verleden, onuitspreekbare onuitsprekelijke asamkhyeya eeuwigheden geleden, verscheen een Boeddha genaamd Leeuwen Brul Tathagata in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen en nemen in één enkele gedachte toevlucht, dan zullen deze mensen talloze Boeddha’s tegenkomen die de kruinen van hun hoofden zullen aaien en voorspellingen van verlichting aan hun zullen schenken.

 

“Verder, in het verleden, verscheen een Boeddha genaamd Krakucchanda in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen en staren, vereren of roemen hem oprecht, dan zullen deze mensen Grote Brahma Hemel Koningen worden in de assemblees van de duizend Boeddha’s van de Waardige Eeuw en zullen daar superieure voorspellingen ontvangen.

 

“Verder, in het verleden, verscheen een Boeddha genaamd Vipashin in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen, dan zullen deze mensen voor eeuwig voorkomen dat ze ooit nog in de slechte paden zullen vallen. Ze zullen altijd geboren worden onder mensen of goden en zullen in superieure wonderbaarlijke gelukzaligheid verblijven.

 

“Verder, in het verleden, zoveel eeuwigheden geleden als er zandkorrels in grenzeloze en ontelbare Ganges Rivieren zitten, verscheen een Boeddha genaamd Juwelen Overwinning Tathagata in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen, dan zullen deze mensen nooit meer in de slechte paden vallen en zullen altijd in de hemelen verblijven, waar ze superieure wonderbaarlijke gelukzaligheid zullen ervaren.

 

“Verder, in het verleden, verscheen een Boeddha genaamd Juwelen Verschijning Tathagata in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen en creëren een gedachte van respect, dan zullen deze mensen snel de bloei van Arhatschap verkrijgen.

 

“Verder, oneindige asamkhyeya eeuwigheden geleden, verscheen een Boeddha genaamd Kashaya Vaandel Tathagata in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen, dan zullen deze mensen de overtredingen overwinnen die ze gecreëerd hebben gedurende honderd grootte eeuwigheden van geboortes en sterfgevallen.

 

“Verder, in het verleden, verscheen een Boeddha genaamd Grote Penetratie Berg Koning Tathagata in de wereld. Als mannen of vrouwen de naam van deze Boeddha horen, dan zullen deze mensen zoveel Boeddha’s ontmoeten als er zandkorrels in de Ganges zitten. Deze Boeddha’s zullen uitgebreid Dharma voor ze spreken, om er zeker van te zijn dat ze Bodhi realiseren.

 

“Verder, in het verleden, waren er Boeddha’s genaamd Zuivere Maan Boeddha, Berg Koning Boeddha, Wijze Overwinning Boeddha, Zuivere Naam Koning Boeddha, Wijsheid Verwezenlijkt Boeddha, Onovertroffen Boeddha, Wonderbaarlijk Geluid Boeddha, Volle Maan Boeddha, Maan-Gezicht Boeddha en onbeschrijfelijk vele andere Boeddha’s. Bhagavan, wezens van het heden en van de toekomst, zowel goden als mensen, zowel mannelijk als vrouwelijk, kunnen zulke oneindige verdienste en deugd verzamelen door enkel de naam van één Boeddha te reciteren. Hoeveel meer verdienste zullen ze wel niet verzamelen door vele namen te reciteren. Die wezens zullen persoonlijk gedurende hun levens en sterfgevallen voordelen ontvangen die aanzienlijk genoeg zullen zijn om te zorgen dat ze nooit meer in de slechte paden zullen vallen.

 

“Wanneer mensen op het punt staan om te sterven, moet een groep van hun familieleden of slechts één van hen, een Boeddha zijn naam hardop reciteren ten behoeven van de mensen die op sterven liggen. Wanneer ze dat doen zullen de karmische overtredingen van deze mensen die op het punt staan om te sterven opgeheven worden, zelfs overtredingen die vijfvoudige meedogenloze vergelding verdienen. Overtredingen die vijfvoudige meedogenloze vergelding rechtvaardigen zijn zo extreem zwaar dat diegene die ze begaan hun vergelding niet zouden mogen ontsnappen gedurende miljoenen eeuwigheden. Echter, als iemand op het moment waarop dergelijke overtreders sterven ten behoeve van hen de namen van Boeddha’s reciteert, kunnen hun overtredingen geleidelijk opgeheven worden. Hoeveel meer zal dit het geval zijn voor wezens die de namen zelf reciteren. De verdienste die ze zullen creëren zal eindeloos zijn en zal ontelbare overtredingen opheffen.”

 

 

 

Hoofdstuk 10  De omstandigheden en verschillen van de verdienste en deugd van geven

 

Op dat moment gebaseerd op de overweldigende spirituele kracht van de Boeddha rees Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva van zijn zetel, knielde op één knie, plaatste zijn palmen tegen elkaar en zei tot de Boeddha, “Bhagavan, ik heb wezens geobserveerd binnen de paden van karma en heb hun daden van geven vergeleken. Enkele doen een beetje en enkele doen veel. Enkele ontvangen zegeningen voor één leven, enkele voor tien levens en enkele ontvangen grootte zegeningen en voordelen voor honderdduizenden levens. Waarom is dat? Alstublieft, Bhagavan, verklaar dat voor ons.”

 

Op dat moment vertelde de Boeddha aan Ksitigarbha Bodhisattva, “Hier in deze assemblee in het paleis van de Trayastrimsha Hemel zal ik nu de verschillen tussen de verdienste en deugd bespreken die voortkomen van de daden van geven die gedaan worden door de wezens van Jambudvipa. Luister aandachtig naar wat ik zeg.”

 

Ksitigarbha zei tot de Boeddha, “Ik heb mezelf over deze kwestie afgevraagd en zal verheugd zijn om te luisteren.”

 

De Boeddha vertelde aan Ksitigarbha Bodhisattva, “In Jambudvipa, kunnen staatsleiders, premiers, hoge ambtenaren, grote ouderlingen, grote Kshatriya’s, grote Brahmaans en anderen diegene tegenkomen die arm, gebocheld, kreupel, dom, stom, doof, achterlijk, blind of die op andere wijze gehandicapt zijn. Deze leiders en goede mensen kunnen wensen om aan deze onfortuinlijke individuen te geven en kunnen in staat zijn om dat te doen met grote mededogen, een nederig hart en een glimlach. Zij kunnen regelen om gul te geven, zowel persoonlijk met hun eigen handen als door te regelen dat anderen het doen, door gebruik te maken van tedere woorden en sympathieke toespraken. De zegeningen en voordelen die deze leiders en goede mensen zullen ontvangen zijn te vergelijken met de verdienstelijke deugd die voortkomen door te geven aan zoveel Boeddha’s als er zandkorrels in honderd Ganges Rivieren zitten. Waarom is dit? Deze leiders en goede mensen zullen zulke beloningen van zegeningen en voordelen ontvangen voor het vertonen van een groot meedogende hart voor de meest armoedige en gehandicapte personen. Gedurende de komende honderdduizenden levens zullen ze altijd een overvloed van de zeven edelstenen hebben, om nog maar niet te spreken over kleding, voedsel en de levensbehoeften.

 

“Verder, Ksitigarbha, in de toekomst kunnen staatsleiders, Brahmaans en anderen Boeddhistische Stoepa’s, Kloosters of afbeeldingen van Boeddha’s, Bodhisattva’s, Shravaka’s of Pratyekaboeddha’s tegenkomen en persoonlijk offeringen tot hen maken door cadeaus te geven. Als ze dat doen zal elk van deze leiders en goede mensen als Heer Shakra dienen voor een periode van drie eeuwigheden, waarbij ze superieure wonderbaarlijke gelukzaligheid zullen genieten. Als ze in staat zijn om de zegeningen en voordelen van dat geven over te dragen door het toe te wijzen aan het Dharmarijk dan zullen deze staatsleiders en goede mensen als grote Brahma Hemelkoningen regeren voor tien eeuwigheden.

 

“Verder, Ksitigarbha, in de toekomst, kunnen staatsleiders, Brahmaans en anderen wanneer ze oude Boeddhistische Stoepa’s en Kloosters of Soetra’s en afbeeldingen tegenkomen die beschadigd, verouderd of gebroken zijn besluiten om ze te repareren. Deze leiders en goede mensen kunnen het dan zelf uitvoeren of anderen aansporen om het te doen, zoveel als honderdduizenden mensen om te helpen en daarbij zullen ze verwantschappen creëren. Deze leiders en goede mensen zullen Wiel-Draaiende Koningen worden voor honderdduizenden opeenvolgende levens en diegene die met hen offeringen hebben gemaakt zullen leiders zijn van kleine landen voor hetzelfde aantal levens. Als ze besluiten om deze verdienste over te dragen voor de Stoepa’s en Kloosters dan gebaseerd op deze grenzeloze en gigantische beloning, zullen deze leiders, goede mensen en diegene die hen hebben geholpen uiteindelijk allemaal het pad naar Boeddhaschap volbrengen.

 

“Verder, Ksitigarbha, in de toekomst, kunnen staatsleiders, Brahmaans en anderen meedogende gedachten hebben wanneer ze ouderen, zieken of zwangere vrouwen zien, en kunnen hen voorzien van medische kruiden, voedsel, dranken en beddengoed om zo ervoor te zorgen dat ze vredig en comfortabel zijn. De zegeningen en voordelen die voortkomen door deze daden te doen zijn zeer onvoorstelbaar. Voor duizend eeuwigheden zullen ze altijd heren van de Zuivere Onderkomen Hemelen zijn. Voor tweehonderd eeuwigheden zullen ze heren in de Zes Verlangen Hemelen zijn en ze zullen uiteindelijk Boeddhaschap bereiken. Ze zullen nooit in de slechte paden vallen en voor honderdduizenden levens zullen ze geen geluiden van lijden horen.

 

“Verder, Ksitigarbha, als in de toekomst, staatsleiders, Brahmaans en anderen op deze wijze kunnen geven zullen ze oneindige zegeningen ontvangen. Als ze daarnaast in staat zijn om deze verdienste over te dragen, zowel als het groot of klein is, zullen ze uiteindelijk Boeddhaschap bereiken. Hoeveel makkelijker zullen ze wel niet in staat zijn om de beloning te verkrijgen van het worden van Shakra, Brahma of een Wiel-Draaiende Koning. Ksitigarbha hierom moet je wezens overal aansporen om op deze manieren te leren geven.

 

“Verder, Ksitigarbha, in de toekomst, als goede mannen of vrouwen slagen om slechts een paar goede wortels binnenin de Boeddhadharma te planten, gelijkwaardig aan en niet groter dan een haar, een zandkorrel of een stofkorrel zullen ze onvoorstelbare zegeningen en voordelen ontvangen.

 

“Verder, Ksitigarbha, in de toekomst, kunnen goede mannen of vrouwen wanneer ze afbeeldingen van Boeddha’s, Bodhisattva’s, Pratyekaboeddha’s of Wiel-Draaiende Koningen tegenkomen cadeaus geven of offeringen tot hen maken. Deze individuen zullen grenzeloze zegeningen verkrijgen en zullen altijd superieure wonderbaarlijke gelukzaligheid genieten onder mensen en goden. Als ze deze verdienste kunnen toewijzen tot het Dharmarijk zullen hun zegeningen en voordelen onvoorstelbaar zijn.

 

“Verder, Ksitigarbha, in de toekomst, kunnen goede mannen of vrouwen wanneer ze Grote Voertuig Soetra’s tegenkomen of bij slechts het horen van één gatha of zin van hen geïnspireerd raken om ze te loven, vereren, cadeaus te geven en offeringen tot hen te maken. Deze mensen zullen grote grenzeloze en oneindige beloningen ontvangen. Als ze deze verdienste kunnen toewijzen tot het Dharmarijk zullen hun zegeningen onvoorstelbaar zijn.

 

“Verder, Ksitigarbha, in de toekomst, kunnen goede mannen of vrouwen wanneer ze nieuwe Boeddhistische Stoepa’s, Kloosters of Soetra’s van het Grote Voertuig tegenkomen cadeaus geven en offeringen tot hen maken, naar ze staren in verering, en respectvol lof uitspreken met samengevoegde palmen. Wanneer ze oude Stoepa’s, Kloosters of Soetra’s, of diegene die vernietigd of beschadigd zijn tegenkomen kunnen ze ofwel de herstelwerkzaamheden of heropbouwwerkzaamheden zelf uitvoeren of anderen aansporen om hen te helpen. Diegene die helpen zullen leiders van kleine landen worden voor dertig opeenvolgende levens. De donoren zullen zelf altijd Wiel-Draaiende Koningen zijn die goede Dharma zullen gebruiken om deze leiders van kleine landen te onderwijzen en te transformeren.

 

“Verder, Ksitigarbha, in de toekomst, kunnen goede mannen of vrouwen goede wortels in de Boeddhadharma planten door te geven, offeringen te maken, Stoepa’s of Kloosters te repareren, Soetra’s her in te binden of door andere goede daden te doen die niet meer bedragen dan een haar, een stofkorrel, een zandkorrel of een waterdruppel. Enkel door de verdienste van zulke daden over te dragen tot het Dharmarijk zullen de verdienste en deugd die deze mensen zullen creëren teweegbrengen dat ze superieure en wonderbaarlijke gelukzaligheid zullen genieten gedurende honderdduizenden levens. Maar als ze slechts de verdienste tot hun onmiddellijke of verre familieleden of tot hun eigen persoonlijk voordeel toewijzen dan zullen de beloningen die worden ontvangen enkel drie levens van geluk brengen. Door één op te geven wordt een tienduizendvoudige beloning verkregen. Zo is het, Ksitigarbha. De omstandigheden die betrokken zijn bij de oorzaken en gevolgen van geven zijn zo.”

 

 

  

Hoofdstuk 11  De Dharmabescherming van een aardespirit

 

Op dat moment sprak de Aardespirit Stevig en Stabiel de Boeddha zo aan, “Bhagavan, sinds lang geleden heb ik persoonlijk grenzeloze aantallen van Bodhisattva’s Mahasattva’s aanschouwd en tot hen gebogen. Allen van hen hebben onvoorstelbare en grote spirituele penetraties en wijsheid die ze gebruiken om grootte aantallen wezens over te brengen. Te midden van al de Bodhisattva’s, Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva heeft de diepste en gewichtigste geloften gemaakt. Bhagavan, Ksitigarbha Bodhisattva heeft grootte verwantschappen met de wezens van Jambudvipa. Manjushri, Samantabhadra, Avalokiteshvara en Maitreya manifesteren ook honderdduizenden transformatielichamen om degenenen binnen de zes paden te redden, maar hun geloften zullen uiteindelijk vervuld zijn. Ksitigarbha Bodhisattva blijft zijn geloften hernieuwen om wezens binnen de zes paden te onderwijzen en te transformeren gedurende eeuwigheden zo talrijk als de hoeveelheid zandkorrels in duizenden biljoenen Ganges Rivieren.

 

“Bhagavan, nu ik de wezens van het heden en de toekomst beschouw, zie ik diegene die altaars maken van klei, steen, bamboe of hout en hen op zuivere grond zetten in het zuidelijke deel van hun woningen. Zij plaatsen binnenin de altaars afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva, ofwel gebeeldhouwd of geschilderd, gemaakt van goud, zilver, kopper of ijzer. Dan branden ze wierook, maken offeringen, aanschouwen, vereren en loven hem. Door deze dingen te doen zullen deze mensen tien soorten van voordelen ontvangen.

 

“Wat zijn deze tien? Ten eerste, hun landerijen zullen vruchtbaar zijn. Ten tweede, hun gezinnen en woningen zullen altijd vredig zijn. Ten derde, hun voorouders zullen in de hemelen geboren worden. Ten vierde, degene die tot de huidige generatie behoren zullen voordelen en lange levens genieten. Ten vijfde, ze zullen makkelijk verkrijgen wat ze willen. Ten zesde, ze zullen nooit rampen van water en vuur tegenkomen. Ten zevende, ze zullen onvoorziene moeilijkheden vermijden. Ten achtste, ze zullen nooit nachtmerries hebben. Ten negende, ze zullen beschermd worden door spirits gedurende hun dagelijkse bezigheden. Ten tiende, ze zullen vele oorzaken creëren die leiden naar Heiligheid.

 

“Bhagavan, wezens van het heden en de toekomst die op de beschreven manier offeringen in hun woningen maken zullen voordelen zoals dezen ontvangen.”

 

Hij zei verder tot de Boeddha, “Bhagavan, goede mannen of vrouwen van de toekomst kunnen deze Soetra en een afbeelding van de Bodhisattva houden waar ze leven. Verder kunnen ze de Soetra reciteren en offeringen tot de Bodhisattva maken. Ik zal onafgebroken mijn eigen spirituele krachten gebruiken om degene die dat doen dag en nacht te bewaken en te beschermen tegen rampen, waaronder overstromingen, brand, overvallen en diefstal, grote rampen en kleine ongelukken.”

 

De Boeddha vertelde aan de aardespirit Stevig en Stabiel, “Er zijn maar enkele spirits die jouw spirituele kracht kunnen evenaren. Waarom zeg ik dat? Al de landen van Jambudvipa ontvangen jouw bescherming. Al de grassen, bossen, zanden, stenen, rijstvelden, hennep, bamboe, rieten, granen, rijst en edelstenen komen voort uit de aarde dankzij jouw kracht. Daarnaast, jouw onafgebroken lofspraak voor de heilzame daden van Ksitigarbha Bodhisattva maken jouw verdienstelijke deugd en spirituele penetraties honderdduizenden malen groter dan die van gewone aardespirits.

 

“Als goede mannen of vrouwen van de toekomst offeringen maken tot deze Bodhisattva, of De Soetra van de geloften die Ksitigarbha Bodhisattva in het verleden heeft gemaakt reciteren en vertrouwen op slechts één enkel aspect van de Soetra bij hun cultivatie, moet je jouw eigen spirituele krachten gebruiken om ze te beschermen. Sta zelfs niet toe dat enige rampen of onwelkome gebeurtenissen kunnen worden gehoord, laat staan door hen worden ondergaan. Niet alleen zullen deze mensen door jou worden beschermd, ze zullen ook door de volgelingen van Shakra, Brahma en andere goden beschermd worden. Waarom zullen ze bescherming ontvangen van Heiligen en Waardigen zoals dezen? Dit zal zijn dankzij dat ze een afbeelding van Ksitigarbha Bodhisattva hebben aanschouwd en vereerd en van het gereciteerd te hebben van deze Soetra van zijn geloften uit het verleden. Deze mensen zullen op een zeer natuurlijke wijze in staat zijn om de zee van ellende te verlaten en zullen uiteindelijk gecertificeerd worden tot de gelukzaligheid van Nirvana. Voor deze redenen, zullen ze grote bescherming ontvangen.”

 

 

  

Hoofdstuk 12  Voordelen die voortkomen door te zien en te horen

 

Op dat moment, straalde de Bhagavan miljoenen biljoenen grote lichtstralen uit vanaf de kruin van zijn hoofd. Zij waren de witte straal, de grote witte straal, de gunstige straal, de grote gunstige straal, de jade straal, de grote jade straal, de paarse straal, de groot paarse straal, de blauwe straal, de grote blauwe straal, de hemelsblauwe straal, de grote hemelsblauwe straal, de rode straal, de grote rode straal, de groene straal, de grote groene straal, de gouden straal, de grote gouden straal, de festiviteitenwolk straal, de grote festiviteitenwolk straal, de duizend-wielen straal, de grote duizend-wielen straal, de juwelen-wiel straal, de grote juwelen-wiel straal, de zonnen-schijf straal, de grote zonnen-schijf straal, de maan-schijf straal, de grote maan-schijf straal, de paleis straal, de grote paleis straal, de oceaanwolk straal en de grote oceaanwolk straal.

 

Na het uitstralen van deze stralen van licht vanaf de kruin van zijn hoofd, sprak hij in subtiele en wonderbaarlijke geluiden tot de grote assemblee van goden, draken, de rest van de achtvoudige divisie, mensen, niet-menselijken en anderen. “Ben vandaag getuigen van mijn lofspraak voor Ksitigarbha Bodhisattva hier in het paleis van de Trayastrimsha Hemel, wanneer ik vertel over zijn heilzame daden, over onvoorstelbare gebeurtenissen, over de aangelegenheid van zijn oversteiging tot Heiligheid, over de omstandigheden van zijn certificatie tot de Tiende Grond en over de situatie die geleid heeft tot zijn onomkeerbaarheid van Anuttarasamyaksambodhi.”

 

Nadat hij dat gezegd had, rees in de assemblee de Bodhisattva Mahasattva genaamd Avalokiteshvara van zijn zetel, knielde en sprak met samengevoegde palmen tot de Boeddha, “Bhagavan, Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva is uitgerust met grote mededogen en heeft medelijden voor de wezens die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen. In duizenden biljoenen werelden creëert hij duizenden biljoenen transformatielichamen door de kracht van zijn verdienstelijke deugd en onvoorstelbare overweldigende spirituele kracht.

 

“Ik heb de Bhagavan en de ontelbare Boeddha’s van de tien richtingen Ksitigarbha Bodhisattva in harmonie horen loven, door te zeggen dat zelfs als al de Boeddha’s van het verleden, heden en de toekomst over zijn verdienstelijke kwaliteiten zouden spreken, ze nooit zouden kunnen eindigen met ze te beschrijven. Bij het horen van wat de Bhagavan gezegd heeft tot de grote assemblee dat hij nu Ksitigarbha Bodhisattva’s verdienstelijke daden enzovoorts wilt loven, wil ik de Bhagavan nu smeken om de onvoorstelbare gebeurtenissen die betrekking hebben op Ksitigarbha Bodhisattva te roemen, omwille van de wezens van het heden en de toekomst en om ervoor te zorgen dat de goden, draken en de rest van de achtvoudige divisie in verering naar hem staren om zo zegeningen te verkrijgen.”

 

De Boeddha antwoordde tot Avalokiteshvara Bodhisattva, “Jij heb diepe verwantschappen met de Sahawereld. Wanneer goden, draken, mannen, vrouwen, spirits, geesten of enig ander wezen die ellende aan het ondergaan zijn voor hun overtredingen binnen de zes paden jouw naam horen, jouw afbeelding zien, jouw aanschouwen of jouw loven zullen ze zeker onomkeerbaar worden op het Onovertroffen Pad. Ze zullen altijd onder mensen en goden geboren worden en daar wonderbaarlijke gelukzaligheid genieten. Wanneer de gevolgen van hun oorzaken tot bloei komen zullen ze Boeddha’s ontmoeten die ze voorspellingen zullen schenken. Jij bent nu uitgerust met grote mededogen en medelijden voor wezens, waaronder goden, draken en de rest van de achtvoudige divisie. Luister terwijl ik de gebeurtenissen bespreek die betrokken zijn bij de onvoorstelbare voordelen die door Ksitigarbha Bodhisattva worden geschonken. Luister aandachtig, ik zal het voor jou bespreken.”

 

Avalokiteshvara zei, “Mag het zo zijn, Bhagavan, wij willen dit graag horen.”

 

De Boeddha vertelde aan de Bodhisattva Avalokiteshvara, “In werelden van het heden en de toekomst, kunnen goden waarvan de hemelse zegeningen aan het beëindigen zijn de vijf signalen van verval tonen, deze geven aan dat ze op het punt kunnen staan om in de slechte paden te vallen. Als deze goden, hetzij mannelijk of vrouwelijk, wanneer deze signalen verschijnen Ksitigarbha Bodhisattva zijn afbeelding zien of zijn naam horen en naar hem staren of één keer tot hem buigen zullen hun hemelse zegeningen daarbij vergroten. Ze zullen grote gelukzaligheid genieten en zullen nooit vergeldingen in de drie slechte paden hoeven te ondergaan. Hoeveel meer zal dit het geval zijn voor diegene die bij het zien en horen van de Bodhisattva, wierook, bloemen, kleding, voedsel, dranken, juwelen en kettingen gebruiken als cadeaus en offeringen voor hem. De verdienstelijke deugd, zegeningen en voordelen die ze verkrijgen zullen grenzeloos en oneindig zijn.

 

“Verder, Avalokiteshvara, in de werelden van het heden en de toekomst, wanneer wezens in de zes paden op het punt staan om te sterven, als ze slechts eenmaal de naam van Ksitigarbha Bodhisattva kunnen horen zullen zulke wezens nooit meer het lijden van de drie slechte paden hoeven ondergaan. Hoeveel meer zal dit het geval zijn als de ouders en andere familieleden de huizen, rijkdom, eigendommen, juwelen en kleding van dergelijke stervende mensen gebruiken om opdracht te geven voor het beeldhouwen of het schilderen van afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva. Als deze lijdende mensen nog niet zijn gestorven kunnen hun familieleden proberen om ze te helpen zien, horen en begrijpen dat hun huizen, juwelen enzovoorts gebruikt zijn voor het beeldhouwen of het schilderen van afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva. Als de karmische vergeldingen van deze mensen zo zijn dat ze hevige ziekheid zouden moeten ondergaan dan met deze verdienste kunnen ze snel genezen en zullen hun levensspannen verlengd worden. Als de vergeldingen van deze mensen ze naar de slechte bestemmingen sturen nadat ze gestorven zijn vanwege hun karma en obstakels dan met zulke verdienste kunnen ze wanneer hun levens eindigen in plaats daarvan onder mensen of goden geboren worden en daar extreem wonderbaarlijke gelukzaligheid genieten. Al hun obstakels vanwege overtredingen zullen opgeheven worden.

 

“Verder, Avalokiteshvara Bodhisattva, in de toekomst kunnen mannen en vrouwen hun vaders, moeders, broers of zusters verloren hebben toen ze nog baby’s of kinderen waren. Als volwassenen kunnen deze mensen aan deze ouders en andere familieleden denken, zonder te weten in welke paden, werelden of hemelen ze herboren zijn. Veronderstel dat deze mensen in staat zijn om afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva te beeldhouwen of te schilderen of om naar hem te staren en hem te vereren gedurende één tot aan zeven dagen zonder op te geven. Zo, bij het horen van zijn naam en het zien van zijn afbeelding staren ze naar hem in verering en maken offeringen. Als de familieleden van deze mensen in de slechte paden zijn gevallen en waren voorbestemd om daar voor vele eeuwigheden te verblijven, zullen deze familieleden snel vrijgelaten worden en onder mensen en goden geboren worden en superieure wonderbaarlijke gelukzaligheid genieten. Dit zal gebeuren dankzij de verdienstelijke deugd die gegenereerd zijn door hun zonen, dochters, broers of zusters die afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva hebben gebeeldhouwd of geschilderd en daarna naar ze gestaard en vereerd te hebben.

 

“Als de familieleden van deze mensen al onder mensen en goden zijn geboren door de kracht van hun eigen zegeningen en zijn al superieure wonderbaarlijke gelukzaligheid aan het genieten, dan bij het ontvangen van deze aanvullende verdienste zullen hun oorzaken die leiden tot Heiligheid vergroot worden en zullen ze grenzeloze gelukzaligheid genieten. Als deze mensen drie weken lang in staat zijn om afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva te aanschouwen en met uiterste concentratie te vereren en om zijn naam in totaal tienduizend keer te reciteren, de Bodhisattva kan dan een grenzeloos lichaam tonen en voor deze mensen de rijken beschrijven waarin hun familieleden zijn geboren. Of de Bodhisattva kan in hun dromen grote spirituele krachten tonen en ze persoonlijk naar deze werelden leiden om hun familieleden te zien.

 

“Als ze verder iedere dag de naam van de Bodhisattva tienduizend keer kunnen reciteren voor duizend dagen dan zal de Bodhisattva de geesten en aardespirits in de omgeving van deze mensen bevelen om ze te bewaken en te beschermen gedurende hun gehele levens. In deze wereld zal hun kleding en voedsel overvloedig zijn en zullen ze niet lijden door ziekten of andere redenen. In hun huishoudens zullen er geen ongelukken plaats vinden laat staan dat ze persoonlijk getroffen worden. Uiteindelijk zal de Bodhisattva de kruinen van hun hoofden aaien en voorspellingen aan hen schenken.

 

“Verder, Avalokiteshvara Bodhisattva, in de toekomst kunnen goede mannen of vrouwen verlangen om grote mededogen te beoefenen door wezens te redden, kunnen verlangen om onovertroffen Bodhi te cultiveren en kunnen verlangen om de Drievoudige Wereld te verlaten. Deze mensen kunnen de afbeelding van Ksitigarbha Bodhisattva zien, zijn naam horen en in hun harten toevlucht tot hem nemen. Ze kunnen wierook, bloemen, kleding, juwelen, voedsel en dranken gebruiken om offeringen te maken terwijl ze hem aanschouwen en vereren. De goede wensen van deze mensen zullen spoedig vervuld worden en ze zullen nooit meer andere obstakels hebben.

 

“Verder, Avalokiteshvara Bodhisattva, in de toekomst kunnen goede mannen of vrouwen verlangen om miljoenen biljoenen geloften te volbrengen en om evenveel ondernemingen succesvol te volbrengen in het heden als in de toekomst. Ze hoeven alleen maar toevlucht te nemen tot, te staren naar, te vereren van, offeringen te maken tot, en het loven van afbeeldingen van Ksitigarbha Bodhisattva. Op deze wijze, kunnen al hun geloften en doelstellingen verwezenlijkt worden. Verder kunnen ze hopen dat Ksitigarbha Bodhisattva, die uitgerust is met grote mededogen, ze altijd zal beschermen. In dromen zal de Bodhisattva de kruinen van hun hoofden aaien en voorspellingen aan hen schenken.

 

“Verder, Avalokiteshvara Bodhisattva, in de toekomst kunnen goede mannen of vrouwen hoge achting hebben voor de Grote Voertuig Soetra’s en het onvoorstelbare besluit maken om ze vanuit hun geheugen te lezen en te reciteren. Ze kunnen dan een wijze meester tegenkomen die ze instructies geeft zodat ze bekend worden met de teksten. Maar zodra ze hen geleerd hebben vergeten ze hen. Ze kunnen maanden of jaren oefenen maar toch niet in staat zijn om ze vanuit hun geheugen te lezen of te reciteren. Dit komt doordat deze goede mannen en vrouwen karmische obstakels van vorige levens hebben die nog niet zijn opgeheven, hierdoor zijn ze niet in staat om de Grote Voertuig Soetra’s te lezen en te onthouden. Bij het horen van de naam van Ksitigarbha Bodhisattva of het zien van zijn afbeelding moeten deze mensen met diepe respect en eerlijkheid hun situatie uitleggen aan de Bodhisattva. Daarnaast moeten ze wierook, bloemen, kleding, voedsel, en dranken en andere geliefde materialistische voorwerpen gebruiken als offeringen tot de Bodhisattva. Ze moeten een kom met zuiver water voor de Bodhisattva plaatsen gedurende één dag en één nacht. Daarna moeten ze met samengevoegde palmen hun verzoek uitspreken daarna moeten ze zich op het zuiden richten en zich voorbereiden om het water te drinken. Wanneer het water op het punt staat om hun monden te betreden moeten ze bijzonder oprecht en plechtig zijn. Nadat ze het water hebben gedronken moeten ze zich onthouden van de vijf penetrante planten, wijn, vlees, onjuiste seksuele handelingen, vals spreken en al het doden en verwonden gedurende één tot drie weken. In dromen kunnen deze goede mannen en vrouwen Ksitigarbha Bodhisattva zien die een grenzeloos lichaam toont en de kruinen van hun hoofden zalft met water. Wanneer ze wakker worden kunnen ze begiftigd zijn met scherpzinnige intelligentie. Na slechts eenmaal deze Soetra gehoord te hebben zullen ze het zich voor eeuwig herinneren en zullen nooit één enkele zin of vers ervan vergeten of verliezen.

 

“Verder, Avalokiteshvara Bodhisattva, in de toekomst kunnen er mensen zijn wiens voedsel en kleding ontoereikend is, die ervaren dat hun inspanningen ter vergeefs zijn, die vele ziekten of ongeluk ondergaan, wiens families niet vredig zijn, wiens familieleden gescheiden zijn, die vatbaar zijn om ongevallen te krijgen of diegene die vaak wakker schrikken door dromen. Bij het horen van de naam van Ksitigarbha Bodhisattva en het zien van zijn afbeelding moeten zulke mensen zijn naam tienduizend keer reciteren met extreme oprechtheid en respect. Deze onheilspellende omstandigheden zullen geleidelijk verdwijnen en ze zullen vrede en geluk vinden. Hun voedsel en kleding zullen overvloedig zijn en zelfs in hun dromen zullen ze vredig en gelukkig zijn.

 

“Verder, Avalokiteshvara Bodhisattva, in de toekomst kan het zo zijn dat goede mannen of vrouwen bergwouden, rivieren, zeeën of grote plassen van water, of gevaarlijke routes moeten betreden of oversteken omwille van het verdienen van hun levensonderhoud, of voor publieke of persoonlijke aangelegenheden, of aangelegenheden van leven en dood of andere urgente zaken. Deze mensen moeten eerst tienduizend keer de naam van Ksitigarbha Bodhisattva reciteren. De geesten en spirits van de landen die ze passeren zullen ze dan bewaken en beschermen terwijl ze lopen, staan, zitten en liggen. De rust en geluk van deze mensen zal constant behouden blijven, zodat zelfs als ze tijgers, wolven, leeuwen of enig andere schadelijke of giftige beesten tegenkomen, ze niet geschaad zullen worden.”

 

De Boeddha vertelde aan Avalokiteshvara Bodhisattva, “Ksitigarbha Bodhisattva heeft diepe verwantschappen met de wezens van Jambudvipa. Honderdduizenden eeuwigheden zou niet genoeg tijd zijn om de voordelen te beschrijven die voortkomen bij wezens die deze Bodhisattva zien of zijn naam horen. Daarom, Avalokiteshvara Bodhisattva, moet je jouw spirituele krachten gebruiken om deze Soetra te verspreiden om zo de wezens van de Sahawereld in staat te stellen om altijd vredig en gelukkig te zijn gedurende honderden miljoenen eeuwigheden.”

 

Op dat moment sprak de Bhagavan verzen die luide, “

 

Ik observeer dat Ksitigarbha’s ongelofelijke spirituele kracht niet volledig beschreven

kan worden in eeuwigheden zo talrijk als de zandkorrels in de Ganges.

Zien, horen, aanschouwen en buigen tot hem zelfs maar één

keer bevoordeeld mensen en goden op eindeloze aantallen manieren.

 

Mannen en vrouwen, goden en draken die aan het einde zijn van hun

beloningen en gedoemd zijn om in de slechte paden te vallen kunnen

oprecht toevlucht nemen tot dit Grote Wezen, daarop zullen hun

levens verlengt worden en hun overtredingen opgeheven worden.

 

Soms verliezen kinderen hun vriendelijke en liefhebbende ouders

en weten ze niet op welk paden zij nu zijn.

Zeer vaak verliezen ze broeders, zussen en andere familieleden

die nooit door hun nog levende familieleden gekend zijn.

 

Door deze Bodhisattva’s afbeelding te beeldhouwen of te schilderen

en om dan te smeken, er naar te staren en tot hem te buigen,

en door zijn naam gedurende drie volle weken te handhaven

kunnen deze familieleden het lichaam van de Bodhisattva zien.

 

De Bodhisattva kan ze tonen waar die familieleden geboren zijn

en kan zelfs diegene snel bevrijden die in slechte bestemmingen zijn.

Als diegene die aan het bidden zijn hun oorspronkelijke besluit kunnen vasthouden,

kunnen de kruinen van hun hoofden geaaid worden en heilige voorspellingen gegeven worden.

 

Diegene die vastbesloten zijn om ongeëvenaarde Bodhi te cultiveren

en om te ontsnappen aan de ellende hier in de Drievoudige Wereld

moeten hun grootte meedogende harten laten ontluiken,

moeten ze eerst dit Grote Wezen aanschouwen en tot hem buigen.

Dan zal elke geloften die ze maken snel vervuld worden

en geen slechte karma zal ze ooit nog hinderen of stoppen.

 

Sommige mensen kunnen besluiten om de Soetrateksten te lezen

en hopen om verwarde wezens te helpen om de andere oever te bereiken.

Ook al zijn de geloften die ze maken erg uitzonderlijk, ze kunnen proberen

wat ze willen, maar ze kunnen niet herinneren wat ze lezen.

 

Door hun karmische obstakels en begoochelingen kunnen deze

mensen de Mahayana Soetra’s niet uit hun hoofd leren.

Maar ze kunnen parfums en bloemen tot Ksitigarbha offeren,

en hem kleding, voedsel en andere speciale voorwerpen geven.

 

Ze kunnen zuiver water op het altaar van de Bodhisattva plaatsen,

en het daar voor een dag en nacht laten staan voordat ze het drinken.

Dan moeten ze zich rigoureus onthouden van penetrante planten,

alcohol, vlees, onjuiste seks en valse spraak.

 

Gedurende drie weken moeten ze geen enkel wezen doden,

terwijl ze aandachtig zijn van de naam van dit Grote Wezen.

Dan, in een droom, kan hun visioen grenzeloos worden.

Wanneer ze ontwaken, kunnen ze ontdekken dat ze nu scherp gehoor hebben.

 

Daarna, wanneer ze de leringen van de Soetra’s horen

zullen ze hen nooit meer vergeten voor duizenden levens.

Hoe onvoorstelbaar is deze Bodhisattva

die mensen op deze wijze helpt om zulke wijsheid te verkrijgen!

 

Wezens kunnen armoedig zijn of geplaagd worden door ziekten,

hun woningen kunnen onrustig zijn en hun familieleden verdeelt.

Ze kunnen zelfs geen rust vinden in hun slaap of dromen.

Hun inspanningen kunnen geheel tevergeefs zijn.

 

Maar het aanschouwen en het buigen tot de afbeelding van Ksitigarbha

kan ervoor zorgen dat al deze slechte omstandigheden simpelweg zullen verdwijnen.

Dromen zullen volledig vredig worden,

voedsel en kleding overvloedig; spirits en geesten nu beschermers.

 

Wanneer mensen bergwouden moeten betreden, grote zeeën moeten oversteken,

of als ze onder kwaadaardige vogels en beesten, kwaadaardige mensen,

kwaadaardige spirits, kwaadaardige geesten en zelfs onder kwaadaardige windvlagen

moeten komen of als ze zichzelf in andere zorgwekkende situaties plaatsen.

 

Hoeven ze alleen maar in verering te staren naar en offeringen te maken

tot een afbeelding van de machtige Ksitigarbha Bodhisattva.

In reactie, zullen alle kwaadaardige dingen in die bergwouden

en op die grote zeeën simpelweg verdwijnen.

 

Avalokiteshvara, luister goed naar wat ik zeg.

Ksitigarbha Bodhisattva is een oneindig wonder!

Honderd miljoenen eeuwigheden is een te korte tijd

om volledig de krachten van dit Grote Wezen te beschrijven.

 

Als mensen enkel de naam ‘Ksitigarbha’ kunnen horen,

tot zijn afbeelding buigen, hem vereren en aanbidden;

wierook, bloemen, kleding, voedsel en dranken offeren;

Zulke handelingen zullen hen duizenden vreugden brengen.

 

Als ze deze verdienste kunnen toewijzen tot het Dharmarijk,

zullen ze Boeddha’s worden, geboorte en dood beëindigen.

Avalokiteshvara, onthou dit goed en vertel dit aan iedereen

overal in landen zo talrijk als de zandkorrels in de Ganges.”

   

 

Hoofdstuk 13  De toevertrouwing van mensen en goden

 

Op dat moment, strekte de Bhagavan zijn goudkleurige arm uit en aaide nogmaals de kruin van het hoofd van Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva en zei, “Ksitigarbha, Ksitigarbha, jouw spirituele krachten, mededogen, wijsheid en welbespraaktheid zijn onvoorstelbaar. Zelfs als al de Boeddha’s van de tien richtingen hun lof zouden uitspreken voor jouw onvoorstelbare daden zouden ze niet kunnen eindigen in duizenden miljoenen eeuwigheden.

 

“Ksitigarbha, Ksitigarbha, onthouw deze toevertrouwing die ik nu nogmaals aan het maken ben hier in de Trayastrimsha Hemel in deze grote assemblee van ontelbare miljoenen biljoenen Boeddha’s, Bodhisattva’s, goden, draken en de rest van de achtvoudige divisie. Ik vertrouw nogmaals de goden, mensen en anderen aan jou toe die nog steeds in het brandende huis zijn en die nog niet de Drievoudige Wereld verlaten hebben. Sta niet toe dat deze wezens in de slechte bestemmingen vallen zelfs voor een enkele dag en nacht, laat staan dat ze in de Vijfvoudige Meedogenloze Hel of de Avici Hel vallen waar ze vast zouden moeten zitten voor duizenden biljoenen eeuwigheden zonder een kans om te ontsnappen.

 

“Ksitigarbha, de wezens van zuidelijk Jambudvipa hebben besluiteloze wilskrachten en naturen. Ze doen vele slechte daden uit gewoonte. Zelfs als ze besluiten om goed te doen geven ze dat besluit snel weer op. Als ze slechte omstandigheden tegenkomen hebben ze de neiging om toenemend met ze betrokken te raken. Om deze redenen verdubbel ik mijzelf in duizenden biljoenen lichamen om wezens te transformeren, ze over te brengen en ze te bevrijden, allemaal in overeenstemming met hun eigen fundamentele naturen.

 

“Ksitigarbha, Ik vertrouw nu oprecht de menigten van goden en mensen aan jou toe. Als er in de toekomst, goede mannen of vrouwen zijn onder goden en mensen die een paar goede wortels in de Boeddhadharma planten zelfs als ze zo klein zijn als een plukje haar, een korreltje stof, een zandkorrel of een waterdruppel, dan moet je jouw krachten in het Pad gebruiken om ze te beschermen zodat ze geleidelijk het ongeëvenaarde Pad cultiveren en dat ze hun weg niet zullen verliezen of zich ervan zullen terugtrekken.

 

“Verder, Ksitigarbha, in de toekomst, kunnen goden of mensen door de reacties van hun karmische vergeldingen voorbestemd zijn om in de slechte bestemmingen te vallen. Ze kunnen op het punt staan om te vallen of kunnen al bij de poorten van deze paden staan. Maar als ze de naam van één Boeddha of Bodhisattva of één enkele zin of vers van een Grote Voertuig Soetra kunnen reciteren, dan moet je jouw spirituele krachten gebruiken om ze met hulpmiddelen te redden. Vertoon een grenzeloos lichaam op de plekken waar ze zijn, vernietig de hellen en zorg ervoor dat ze geboren worden in de hemelen en om superieure wonderbaarlijke gelukzaligheid te genieten.”

 

Op dat moment, sprak de Bhagavan in verzen, zeggende, “

 

Ik ben nu de menigten van goden en mensen van het heden en die

van de toekomst aan jouw zorg aan het toevertrouwen.

Gebruik spirituele krachten en hulpmiddelen om ze te redden.

Sta niet toe dat ze in de slechte bestemmingen vallen.”

 

Op dat moment, knielde Ksitigarbha Bodhisattva Mahasattva op één knie, plaatste zijn palmen tegen elkaar, en zei tot de Boeddha, “Ik smeek de Bhagavan om niet bezorgd te zijn. In de toekomst, als goede mannen en vrouwen één enkele gedachte van respect hebben voor de Boeddhadharma, zal ik honderdduizenden hulpmiddelen gebruiken om ze over te brengen en ze te bevrijden. Ze zullen spoedig bevrijd worden van geboorte en sterven. Hoeveel meer zal dit wel niet het geval zijn voor diegene die, na het horen van al deze goede zaken, geïnspireerd worden om te cultiveren. Deze mensen zullen op natuurlijke wijze onomkeerbaar worden van het ongeëvenaarde Pad.”

 

Nadat hij klaar was met spreken, sprak een Bodhisattva genaamd Lege Ruimte Rijkdommen die in de assemblee aanwezig was tot de Boeddha, “Bhagavan, ik ben persoonlijk naar de Trayastrimsha Hemel gekomen en heb de lofspraak van de Tathagata gehoord voor Ksitigarbha Bodhisattva zijn ontzagwekkende spirituele kracht door het als onvoorstelbaar te beschrijven. Als in de toekomst goede mannen, goede vrouwen, goden en draken deze Soetra en de naam van Ksitigarbha Bodhisattva horen, en als ze zijn afbeelding aanschouwen en tot hem buigen, hoeveel soorten zegeningen en voordelen zullen ze verkrijgen? Alstublieft, Bhagavan, zeg een paar woorden hierover ten behoeve van de wezens van het heden en de toekomst.”

 

De Boeddha vertelde aan Lege Ruimte Rijkdommen Bodhisattva, “Luister aandachtig, luister aandachtig, ik zal ze voor jou opsommen en beschrijven. Goede mannen of vrouwen van de toekomst kunnen afbeeldingen zien van Ksitigarbha Bodhisattva en deze Soetra horen of lezen of het reciteren. Ze kunnen wierook, bloemen, voedsel en dranken, kleding en edelstenen gebruiken om als cadeaus te geven en om offeringen tot hem te maken. Ze kunnen hem loven, aanschouwen en tot hem buigen. Deze wezens zullen op achtentwintig manieren bevoordeeld worden,

 

Ten eerste, ze zullen beschermd worden door goden en draken.

Ten tweede, hun goede wortels zullen dagelijks groter worden.

Ten derde, ze zullen superieure oorzaken verzamelen die leiden tot Heiligheid.

Ten vierde, ze zullen zich niet terugtrekken van Bodhi.

Ten vijfde, hun kleding en voedsel zal overvloedig zijn.

Ten zesde, ze zullen nooit geïnfecteerd worden door epidemieën.

Ten zevende, ze zullen ontsnappen aan rampen van vuur en water.

Ten achtste, ze zullen nooit bedreigd worden door dieven.

Ten negende, ze zullen gerespecteerd worden door allen die ze zien.

Ten tiende, ze zullen geholpen worden door geesten en spirits.

Ten elfde, vrouwen die willen, kunnen herboren worden als mannen.

Ten twaalfde, vrouwen die willen, kunnen dochters van nationale leider en ambtenaren worden.

Ten dertiende, ze zullen een rechtschapen uiterlijk hebben.

Ten veertiende, ze zullen vaak in de hemelen geboren worden.

Ten vijftiende, ze kunnen keizers of nationale leiders zijn.

Ten zestiende, ze zullen de wijsheid hebben om vorige levens te kennen.

Ten zeventiende, ze zullen alles verkrijgen wat ze zoeken.

Ten achttiende, hun families zullen gelukkig zijn.

Ten negentiende, ze zullen nooit enige rampen ondergaan.

Ten twintigste, ze zullen de slechte karmische paden voor altijd verlaten.

Ten eenentwintigste, ze zullen altijd op hun bestemming aankomen.

Ten tweeëntwintigste, hun dromen zullen vredig en gelukkig zijn.

Ten drieëntwintigste, hun overleden familieleden zullen ellende achter zich laten.

Ten vierentwintigste, ze zullen zegeningen genieten die ze in vorige levens verdiend hebben.

Ten vijfentwintigste, ze zullen geprezen worden door Heiligen.

Ten zesentwintigste, ze zullen intelligent zijn en scherpe faculteiten hebben.

Ten zevenentwintigste, ze zullen edelmoedig en empathisch zijn.

Ten achtentwintigste, ze zullen uiteindelijk Boeddhaschap realiseren.”

 

“Verder, Lege Ruimte Rijkdommen Bodhisattva, als goden, draken of spirits van het heden of de toekomst de naam van Ksitigarbha Bodhisattva horen, buigen tot een afbeelding van Ksitigarbha of horen van de geloften van Ksitigarbha uit het verleden en de gebeurtenissen van zijn beoefeningen, en hem dan loven, aanschouwen en tot hem buigen zullen ze op zeven manieren bevoordeeld worden, “

 

Ten eerste, ze zullen snel stijgen tot niveaus van Heiligheid.

Ten tweede, hun slechte karma zal verdwijnen.

Ten derde, alle Boeddha’s zullen hen beschermen en dicht bij hen zijn.

Ten vierde, ze zullen zich niet terugtrekken van Bodhi.

Ten vijfde, hun aangeboren krachten zullen vergroten.

Ten zesde, ze zullen vorige levens kennen.

Ten zevende, ze zullen uiteindelijk Boeddhaschap realiseren.”

 

Op dat moment, al de onbeschrijfelijke onuitspreekbare aantallen Boeddha’s, Tathagata’s die gekomen waren vanuit de tien richtingen, en grote Bodhisattva’s, goden, draken en de rest van de achtvoudige divisie, na het horen van de lofspraak van Shakyamuni Boeddha over de grote ontzagwekkende spirituele krachten van Ksitigarbha Bodhisattva, prezen deze ongekende gebeurtenis. Daarop volgde dat wierook, bloemen, hemelse gewaden en parelkettingen neerdaalde in de Trayastrimsha Hemel als offeringen tot Shakyamuni Boeddha en Ksitigarbha Bodhisattva, en iedereen in de assemblee staarde en bogen gezamenlijk tot de Boeddha en de Bodhisattva. Toen plaatste ze hun palmen tegen elkaar en trokken zich terug.