Als we de Mantra van Groot Mededogen oprecht reciteren, werkt het zeker. We moeten ook geen leugens vertellen om het effectief te laten zijn.

 

Goede en wijze adviseurs! Mensen die de Boeddhadharma bestuderen, moeten geen begerige of strijdlustige gedachten hebben. Sommige mensen zijn zodanig dat hoe meer ze bestuderen, hoe meer ze willen ruziën en hoe begeriger ze worden.

 

Dit is mijn eerste bezoek aan België. De meeste mensen in het publiek hier zijn Vietnamees. Hoewel er vanwege de taalbarrière wat problemen mogen zijn met de communicatie, zijn de mensen erg netjes. Toen ik naar Maleisië en Taiwan ging, waren er Boeddhisten die met iedere handeling hun begeerte en strijdlustigheid lieten zien.

 

Wegens enkele miraculeuze gebeurtenissen die zich voordeden tijdens mijn eerste bezoek aan Maleisië, was ik in staat om te zien hoe de mensen daar werkelijk zijn. Over wat voor miraculeuze gebeurtenissen heb ik het? In Maleisië zij er veel mensen die behekst zijn door bezweringen van leraren van kwalijke sektes .

 

Ik herinner me een persoon die vijftien jaar lang behekst was geweest door een vloek. De vloek dwong hem iedere dag om zelfmoord te plegen, maar dan zou een ander deel van hem zichzelf overhalen om zichzelf niet te vermoorden. Doordat het ene deel van zijn bewustzijn hem zei zelfmoord te plegen en een ander deel hem zei dat niet te doen, was iedere dag voor hem een worsteling tussen leven en dood.

 

Toen ik naar Maleisië ging – ik geloof dat het in Muar was – was er iemand die op zijn knieën ging en me smeekte om hem van een vloek af te helpen. Hij was in de vijftig. Toen ik zijn verzoek hoorde, pakte ik mijn knobbelige wandelstok en gaf hem een klap op zijn hoofd. Dat was tijdens mijn eerste reis naar Maleisië. Ik was toen ziek en had nauwelijks genoeg kracht om te lopen. Omdat iemand me zo langzaam zag lopen, gaf hij me die stok om als wandelstok te gebruiken. En dus, toen ik over de vloek van die persoon hoorde, was ik zo aangedaan dat ik de wandelstok pakte en hem er een klap mee gaf. Nadat hij geslagen was, stond hij op en rende weg. Nadat hij ongeveer twaalf stappen had gerend, braakte hij ontelbare duizenden wormen uit. Daarna was hij beter.

 

Toen het nieuws van dit incident zich verspreidde, kwamen veel mensen wachten om op hun beurt een klap te krijgen, maar ik had niet genoeg tijd om ze allemaal te slaan. De één had een ziekte en de ander had weer een andere ziekte. De kamer waarin ik verbleef was ongeveer honderd stappen van het toilet verwijderd. Iedere dag was het pad van mijn kamer tot aan het toilet gevuld met geknielde mensen die wachtten om een pak slaag te vragen. Ik weet niet of dat het oprechtheid of begeerte was van hun kant, maar ze begonnen zich in de vroege ochtend al in rijen op te stellen bij mijn deur. Als ik uit mijn kamer kwam om naar het toilet te gaan, was er geen ruimte voor mij om te lopen. Ze blokkeerden mijn pad en omringde me, en vroegen of ik hen wilde slaan. Ik had geen andere keuze dan om een “mantra” te reciteren. Het was de mantra om naar het toilet te gaan, en het ging als volgt, “Als jullie niet aan de kant gaan, zal ik mijzelf opluchten over jullie hoofden. Als jullie niet bang zijn om besproeid te worden met urine, blijf dan knielen waar jullie zijn.” Toen ze dat hoorden, maakten ze eindelijk een pad vrij zodat ik erlangs kon. Wat is de boodschap van dit verhaal? Het laat zien dat die Boeddhisten de Boeddhadharma niet begrepen. Wanneer ze niet aan het ruziën waren, waren ze begerig. Het maakte ze niet uit of iemand tijd had of niet; ze blokkeerden mijn pad en probeerden om de eerste te zijn. Ze waren aan het ruziën. Om de Boeddhadharma op deze wijze te bestuderen, is de Boeddhadharma niet begrijpen.

 

In het bestuderen van de Boeddhadharma moet je eerbiedig zijn jegens anderen en hoffelijk zijn in alles wat je doet. Maak met niemand ruzie. De Stad van Tienduizend Boeddha’s heeft zes “monsterspottende spiegels,” en de eerste daarvan is niet vechten.

 

Toen ik in Manchuria (Noordoost China) was, was er eens een vernietigende epidemie van een besmettelijke ziekte. In één huishouden van elf mensen waren er binnen drie dagen dertien doden. Hoe kon dat? Dit kwam doordat er twee bezoekers waren toen de epidemie uitbrak en zo stierf de gehele familie van elf samen met twee bezoekers, wat in totaal dertien zijn. Er waren vele sterfgevallen in vele huishoudens. Toen ik de situatie zag, wachtte ik niet tot er een beroep op mij gedaan zou worden. Ik nam enkele volgelingen met me mee en ging naar de buitenkant van het dorp om de Mantra van Groot Mededogen te reciteren. Daarna verdween de epidemie. Achteraf werden veel mensen Boeddhist. Ze namen toevlucht tot het Drievoudige Juweel en werden mijn volgelingen.

 

Iedereen die de Mantra van Groot Mededogen oprecht reciteert, kan een resultaat verkrijgen. Er was een stel dat ruzie had gehad en de echtgenote probeerde zelfmoord te plegen door chemisch schoonmaakmiddel te drinken. Zelfs het drinken van één slok van dat chemisch schoonmaakmiddel kan dodelijk zijn, om het maar niet te hebben over een  hele kom, maar zij dronk het soort dat gebruikt wordt om tofu mee te maken, die niet zo sterk is. Nadat de vrouw in haar boosheid het chemisch schoonmaakmiddel gedronken had, kwam haar zoon mij opzoeken, aangezien ik destijds toevallig in hun dorp was. Hij wist niet zeker of ik hem kon helpen, maar in deze noodsituatie was hij bereid alles te proberen. Aangezien hij geen betere oplossing kon bedenken, rende hij om mij te vinden, ging op zijn knieën zitten en vertelde me wat er gebeurd was. Hij smeekte me zijn moeder te redden. Eerst weigerde ik, maar hij bleef twintig tot dertig minuten voor me knielen. Toen ik zag dat hij zo oprecht was, ging ik naar zijn huis om de Mantra van Groot Mededogen te reciteren.

 

Toen ik bij zijn huis aankwam, waren zijn moeders ogen naar boven gerold en het oogwit was zichtbaar; haar pupillen waren niet zichtbaar. Uit haar mond kwam wit schuim en ze was bewusteloos. Het leek hopeloos. Desondanks besloot ik het alsnog te proberen door de Mantra van Groot Mededogen te reciteren. Terwijl ik reciteerde begon het chemische schoonmaakmiddel uit haar mond te stromen. Toen kwam ze weer tot bewustzijn en braakte al het chemische schoonmaakmiddel dat ze ingeslikt had uit. Vervolgens werd ze beter.

 

Hierdoor, moeten we weten dat als we de Mantra van Groot Mededogen oprecht reciteren, het zeker zal werken. De Mantra van Groot Mededogen doordringt hemel en aarde, en kan alle 84.000 soorten ziekten in de wereld genezen. Maar zij die de mantra reciteren moeten oprecht zijn om het te laten werken. Ze moeten ook geen leugen vertellen om het effectief te laten zijn. Als je de hele tijd liegt, zal het reciteren van de Mantra van Groot Mededogen geen enkel effect hebben.

 

Ik herinner me een meisje uit Penang, Maleisie, wiens achternaam Wang was. In haar vorige leven had ze veel gejaagd en had vele wezens gedood, en daarom kon ze in dit leven niet spreken. Ze kwam om naar de Soetralezing te luisteren. Na de lezing zei ik haar om de naam van Guan Shi Yin Bodhisattva en de Mantra van Groot Mededogen oprecht te reciteren. Alle anderen reciteerde ook voor haar. En toen was ze zelf in staat om de naam van Guan Shi Yin Bodhisattva uit te spreken en te reciteren.

 

De volgende ochtend waren er meer dan een dozijn mensen die me vroegen om deze stomme en die stomme te helpen om de vaardigheid om te spreken terug te krijgen. Er waren meer dan een dozijn mensen, en het zou onmogelijk zijn geweest. Maar de vaders van al deze stommen konden wel spreken, en zeiden: “Gisterenavond hielp je dat stomme meisje om de vaardigheid om te spreken te herwinnen; vandaag moet je dezen helpen om het zelfde te doen. Als je dat niet doet, zullen we je in de kranten bekritiseren en je aanklagen in de rechtbank.” Zie hoeveel moeilijkheden deze Dharmameester zichzelf op de hals heeft gehaald, allemaal dankzij zijn verlangen om anderen te helpen! Als ik mezelf niet met een enkele stomme bezig had gehouden, zou ik al deze moeilijkheden niet gehad hebben.

 

In Vancouver, Canada, was er een chirurge. Toen ze geneeskunde studeerde, spotten mensen met haar, en zeiden: “Durf jij medicijnen te studeren? Als je geneeskunde studeert moet je autopsies op menselijke lijken uitvoeren. Heb je daar genoeg lef voor?” Toen ze dat hoorde, pakte ze meteen een mes, sneed ze een stuk vlees van een lijk af en at het op. Haar klasgenoten stonden versteld en riepen dat ze werkelijk lef had omdat ze het vlees van een lijk durfde te eten. Deze vrouw was een chirurg, en haar chirurgische vaardigheid was zowel snel als precies. Echter, de geest van het lijk waarvan ze het vlees had gegeten viel haar vaak lastig in haar slaap. Ergens hoorde ze dat geesten bang voor mij zijn en dat ze beter zou worden als ze toevlucht met mij zou nemen.

 

Ze zocht een mogelijkheid om toevlucht met mij te nemen. Nadat ze toevlucht had genomen, stopte de geest haar ‘s nachts lastig te vallen. Toen begon ze lezingen te geven over de Boeddhadharma, en gebruikte daarbij haar status als een dokter. Ze vertelde mensen dat de Boeddhadharma erg flexibel is. Ze zei dat iedereen een Boeddha kan worden zonder te hoeven cultiveren en zonder voorschriften te hoeven volgen, omdat iedereen in feite al een Boeddha is. Ze zei dat het niet nodig is om een moreel gedisciplineerd leven te leiden, daarom rookte en dronk ze zelf. Ze ging overal naar toe en zei zulke dingen, en uiteindelijk haalde de vergelding haar in. Ze kreeg kanker. Ze werd geopereerd en dacht dat ze genezen was, maar ze had nog steeds heel veel pijn. Uiteindelijk werd ze in totaal vijf of zes keer geopereerd. De doktoren zeiden haar dat er geen hoop meer was en dat ze zou sterven.

 

Toen belde ze een vriend in New York om afscheid te nemen. Ze vertelde haar vriend dat de dokters gezegd hadden dat ze zou sterven en dat het niet meer mogelijk was om te genezen en dat ze nog steeds veel pijn had na al de operaties. Haar vriend, die mij niet persoonlijk kende, schreef me als volgt: “Mijn vriendin is een dokter die de Boeddhadharma begrijpt. Ze heeft kanker. Als ze beter zou worden, zou ze in staat zijn om andere mensen te redden. Ze zou haar status als een dokter kunnen gebruiken om de Boeddhadharma te verspreiden en zou het Boeddhisme een grote dienst kunnen bewijzen.” Ik schreef terug en vroeg wie die persoon was. Haar vriend wist dat ze toevlucht met mij had genomen.

 

Ik herinner me dat ze een keer was gekomen om mij te zien in Canada nadat ze kanker had gekregen. Toen ik haar vroeg of ze ziek was, ontkende ze het. Ze was nog niet klaar om het toe te geven. Toen schold ik haar uit. Ik bleef haar uitschelden totdat ze het niet meer kon verdragen. Toen ze opstond en ze weg wilde rennen, sloeg ik haar in haar gezicht en zei, “Ik ben de kleine geest aan het wegjagen! Laat eens zien wat deze grote geest kan uithalen!” Vreemd genoeg joeg die klap haar kanker weg. Dat gebeurde in Canada. Hoe kon dit gebeuren? Dit is omdat ik nooit een leugen verteld heb. Als je liegt, is niets effectief. Als je dat niet doet, is alles effectief. Daarom hoop ik dat Boeddhisten niet zullen vechten, niet zullen begeren, niet zullen zoeken, niet egoïstisch zullen zijn, geen persoonlijk gewin zullen nastreven en ook niet zullen liegen. Dit is erg belangrijk.

 

Een lezing gegeven op 14 Oktober 1990
in de Avatamsaka Tempel
in Brussel, België

 

 

Naar volgende Dharmalezing

Terug naar Dharmalezingen Europa