Wanneer de tijd aanbreekt om uit elkaar te gaan, kunnen we onze emotionele banden niet loslaten. Omdat we niet instaat zijn om hen los te laten, kunnen we niet vrij zijn. Dat onvermogen om vrij te zijn is datgene dat ons hinder.

 

Goede en wijze adviseurs! Zoals in ’n droom, is er geen mogelijk om te weten hoe vaak we elkaar al eender ontmoet hebben. Sinds de tijd zonder begin zijn alle levende wezens elkaars familieleden, ouders en kinderen, vrienden, broers en zusters geweest. We zijn zo inelkaar verstrikt geraakt waardoor het onmogelijk is om van elkaar te scheiden wanneer de tijd aanbreekt, we kunnen onze emotionele banden niet loslaten. Omdat we niet instaat zijn om hen los te laten, kunnen we niet vrij zijn. Dit onvermogen om vrij te zijn is datgene dat ons hindert, waardoor we dingen niet duidelijk kunnen zien en om vastberaden te zijn. Waarom kunnen we niet vastberaden zijn? Dit komt door ontwetendheid en het ontberen van inzicht.

 

Gedurende ontelbare eeuwigheden, hebben we geboorte ondergaan dat gevolgd werd door sterven, sterven dat gevolgd werd door wedergeboorte, meegaand met de cyclus van de twaalf schakels van interafhankelijk ontstaan.

 

Een gebrek aan inzicht is domheid. Wegens domheid is er activiteit. Door activiteit, worden de zaadjes van domheid gezaaid. Zodra de zaadjes van domheid gezaaid zijn, komen namen voort uit domheid. Wanneer  er zulke namen zijn, ontstaan de zes zintuigen (ogen, oren, neus, tong, tast en bewustzijn) en raken we aan ze gehecht. De zes zintuigen nemen de omstandigheden van de zes waarneembare objecten weer. Wanneer ze plezierige omstandigheden ervaren, hebben we ‘n plezierige ervaring. Wanneer ze met iets onplezierigs in contact komen, hebben we ‘n onplezierige ervaring. Zo zijn er plezierige en nare omstandigheden. Als het iets is dat we leuk vinden, willen we het vasthouden. Als het iets naars is, willen we ervan af komen. Wanneer aangename situaties zich voordoen, zijn we blij. Als onaangename situaties zich voordoen, worden we boos. Zo ontstaan de gevoelens van liefde en haat. Uit zulke gevoelens volgt ‘n geboorte in ‘n volgend leven. Wanneer er eenmaal geboorte is, zal ouderdom en ziekte volgen. En op deze manier maken we van alles ‘n zooitje, zoals ‘n vlieg die zoemend rondvliegt van oost, west, noord en zuid, zonder enig idee waar hij mee bezig is. Hij kruipt rond op het raam, maar kan niet zien wat er aan de andere kant is.

 

We kunnen dingen niet doorzien en ze loslaten, en daarom leven we alsof we dronken zijn en sterven alsof in ’n droom. Op deze wijze, in leven na leven, ruzien en vechten we, lachen en huilen we, en worden we gefrustreerd en gekweld. Het houdt nooit op, maar we worden er niet moe van. We denken dat het heel leuk en heel interessant is.

 

Er is geen verdienste in ijver.

Er is geen voordeel in spelen.

Wees dus voorzichtig!

We moeten onszelf voortdrijven!

 

De situatie in het Midden Oosten is nu erg gevaarlijk. Oorlog staat op het punt om uit te breken. Dit komt doordat iedereen vervuilde gedachten heeft en giftige energie uitstraalt. Het wordt hier, daar en overal uitgezonden. Het individu stoot zijn of haar giftige energie uit over zijn of haar familie, en wanneer de familie eenmaal is geinfecteerd, breken er familieoorlogen uit. Maar ‘n familieoorlog is niet opwindend genoeg, dus het verspreid zich door de gehele samenleving. Jij maakt plannen tegen mij, en ik span samen tegen jou, wij beide zijn opzoek naar manieren om onszelf ten goede te komen. Al dit vechten draait om geld. Er is ‘n gedicht die het karakter (Chinees Karakter voor Geld) voor “geld” in het Chinees beschrijft:

 

Twee speren vechten over
goud: de moordende energie
loopt hoog op.
Iedereen is geobsedeerd
door geld.
Zij die weten hoe ze het

 moeten gebruiken kunnen de Drie Rijken overstijgen.
Zij die dat niet weten vallen de

onderwereld in.

  

De manier waarop de ouden het Chinese karakter voor “geld” bedachten is heel interessant. Aan de linkerkant staat het karakter voor “goud” (…). Het karakter voor “goud” heeft ‘n “persoon” (…) met daaronder drie horizontale lijnen, ‘n verticale lijn, en twee stipjes eronder. De twee stipjes staan voor goudklompen, en de drie horizontale lijnen zijn waarschijnlijk drie mensen. De verticale lijnen symboliseren de uiterste concentratie om te vechten. En daarom is er ‘n centrale, verticale lijn, met ‘n goudklompen aan elke zijde, en mensen erboven die erom vechten. Wat gebruiken ze om mee te vechten? Ze gebruiken speren. Dus het karakter voor “geld” bestaat uit ’n karakter voor “goud” met twee kopieën van het karakter voor “speer” (…). Er zit dus veel betekenis achter de manier waarop de ouden de Chinese karakters ontwierpen. De twee speren zijn aan het vechten over de goudklompen, die ook in de vorm van Amerikaanse dollars of Engelse ponden zouden kunnen zijn. Daarom zegt de vers, “Twee speren vechten over goud: de moordende energie loopt hoog op.” Jij wil mij doden, en ik wil jou doden, omdat we het goud najagen. Jij neemt jouw mes, en ik neem mijn speer; jij laat ‘n atoombom afgaan, en iemand anders laat ‘n waterstofbom afgaan, of gebruikt gifgas en kijkt of je het overleeft. Wanneer dat gebeurt zullen jouw goudklompen nutteloos zijn, noch heeft de olie die je hebt bemachtigd nuttig. De energie van moorden stijgt op tot de hemelen.

 

Iedereen is geobsedeerd door geld.” Geld brengt ‘n heleboel problemen voort. Mensen verliezen hun eetlust, of plegen zelfmoord door van gebouwen af te springen, allemaal van wegen geld. Ze gokken op de paardenraces en verliezen enkele biljoenen, verliezen zelfs bijna hun leven, allemaal door hun begeerte naar goud.

 

Zij die weten hoe ze het moeten gebruiken kunnen de Drie Rijken overstijgen.” Als je weet hoe je geld moet gebruiken, kan je ‘n Boeddha worden. “Zij die dat niet weten vallen de onderwereld in.” Als je niet weet hoe je geld op de juiste manier moet gebruiken, zal je het gebruiken om overtredingen te begaan totdat je in de hellen val. Zo gevaarlijk is geld! Wat voor voordelen brengt geld? Iedereen is zo verward. Rijkdom en seks hebben de mensen van de wereld zo diepgaand verward dat ze hun wijsheid verloren hebben. Als je niet verlangt naar rijkdom en seks, zal je inherente wijsheid zichzelf onthullen. Je moet ook niet naar roem verlangen. Streef er niet altijd naar om de beste te zijn. Probeer niet om in de schijnwerpers te staan en om jezelf bekend te maken aan iedereen.

 

Wellicht wil je geen roem, seks of geld, maar kan je je gehechtheid aan voedsel niet loslaten. Je bent niet gierig naar rijkdom, seks of ‘n goede reputatie, maar je bent gierig voor goede smaken. Wanneer het eten geserveerd wordt, worden je ogen groter dat die van ‘n koe, omdat je eens goed wil kijken om te zien of het de soort is die je lekker vindt. Als het dat is, neem je meer — de ene portie na de andere, zonder ooit genoeg te krijgen. Als het dat niet is, proef je ‘n beetje en duw je het aan de kant. Je bent slim wanneer het op eten aankomt, maar niet zo wijs als het gaat om het luisteren naar de Dharma. Als het om eten gaat, weet je wat goed is en wat niet.

 

Je bent dan misschien in staat om je gehechtheid aan voedsel los te laten, maar als het op slaap aankomt, kan je het niet verdragen om ook maar één minuut van slaap op te geven. Wanneer je niet genoeg geslapen heb, kan je niet uit je bed komen om naar je werk te gaan of om naar de ochtendrecitatie te komen. Tijdens de ochtend en avondrecitaties val je in slaap. Wanneer je tot de Boeddha’s buig, val je in slaap en sta je niet op van de buiging. Of je sta daar en betreed samadhi terwijl je de naam van de Boeddha reciteert, zodat je vergeet om vooruit te lopen. Op deze manier zijn mensen al hun levens verward, en dan sterven ze zonder te weten wat er van hun terecht zal komen.

 

De wereldsituatie op het moment is onbegrijpelijk. Mensen kunnen zich niet voorstellen wat er met hen zal gaan gebeuren. We weten niet wanneer er één of ander land ‘n nucleaire of chemisch bom zal laten afgaan en daarmee de gehele planeet met iedereen erop zal vernietigen. Ik probeer jullie niet bang te maken; het is echt zo gevaarlijk. Daarom moet we het probleem herleiden naar de bron – vechten. In plaats van te vechten, moeten iedereen toegeven.

 

Dit is de verantwoordelijkheid van elke wereldleider. Iedere staatshoofd zou deugdzaamheid moeten beoefenen, humane politiek moeten bedrijven en de mensen leren om de vijf voorschriften te handhaven en de tien goede daden te beoefenen. Bijvoorbeeld, de Kroonprins van Engeland gelooft in het Boeddhisme, maar de Koninklijke familie heeft ’n regel opgesteld dat wanneer hij de troon bestijgt, onder geen geding in de volledige lotushouding mag gaan zitten. Zo zie dat het zelfs tegen de wet is om ‘n Boeddhist te zijn! Als iedere staatshoofd in het Boeddhisme zou kunnen geloven, zouden alle naties vrij zijn van oorlogen. Aan de andere kant, als het staatshoofd niet Boeddhistisch is en bezeten is door geld, zullen er oorlogen zijn in het land. De staatshoofden moeten hun verantwoordelijkheid hiervoor nemen.

 

Ten tweede moeten religieuze leiders verantwoordelijkheid nemen. Waarom kunnen religieuze leiders geen goed voorbeeld stellen voor anderen? Waarom zijn ze zo gierig voor rijkdom, seks, roem, voedsel en slaap? De religieuze leiders moeten hun verantwoordelijkheid nemen. En verder moeten professoren hun universiteitsleerlingen niet leren om zedeloos te zijn en om voorbehoedspillen te slikken als gekken. Professoren zijn alleen maar geïnteresseerd in het verdienen van geld, en hebben de studenten verwaarloosd en hun wangedrag getolereerd.

 

Er wordt gezegd, “Als het kind opgevoed wordt maar niet goed wordt onderwezen, is dat de fout van de vader.” Waarom doen de ouders hun kinderen niet onderwijzen? En waarom staan ze toe dat ze maar doen waar ze zin in hebben? Bijvoorbeeld, Amerikaanse jongeren begaan moord en brandstichting, handelen in drugs en houden zich bezig met andere illegale activiteiten. Dit komt allemaal doordat hun ouders hen niet geleerd hebben hoe ze zich goed moeten gedragen en om de regels te respecteren. Hierdoor heeft niemand respect voor de wet en volgt niemand enige regels. In hun dagelijkse levens breken mensen de vijf voorschriften tegen doden, stelen, seksueel wangedrag, liegen en gebruiken van bedwelmende middelen. Dit zijn de redenen waarom de wereld in verderf is gestort en dat het onderwijssysteem moreel bankroet is.

 

Ouders zijn er niet in geslaagd om hun kinderen te onderwijzen; leraren en professoren hebben geen goed werk geleverd in het onderwijzen; en de geestelijken hebben hun rol als onderwijzers niet vervuld. De regering doet ook al niets om het onderwijs te hervormen. Aangezien dat de wereld in zo’n chaos verkeert, moeten de religieuze leiders het hun verantwoordelijkheid maken om onderwijshervormingen teweeg te brengen . Alle religies moeten samenwerken. Het moet niet zoals vroeger zijn, dat mensen ’n religie prijzen wanneer ze daar bij horen en het beledigen wanneer ze het verlaten hebben. Katholieken zeiden dat het Katholicisme goed was, Protestanten zeiden dat het Protestantisme goed was en Boeddhisten zeiden dat het Boeddhisme goed was. Feitelijk, horen we onszelf niet te prijzen. Alleen het prijzen en erkennen van anderen telt. Bijvoorbeeld, iedereen erkent het feit dat de Boeddha Boeddhaschap heeft bereikt. Dat jij denkt dat je eindeloos en grenzeloos bent maakt je nog niet eindeloos en grenzeloos. Jouw besluit dat je ‘n Boeddha geworden bent, zorgt er nog niet voor dat je ’n Boeddha bent.

 

Een lezing gegeven op 12 Oktober 1990,

In de Avatamsaka Tempel in Brussel, België

 

 

Naar volgende Dharmalezing

Terug naar Dharmalezingen Europa